men. Ondertussen had ik natuurlijk wel gehoord van zijn grote huis in Vinkeveen met alles er op en er aan, en van de sanering van Den Haag waar hij een groot vermaakcentrum gaat bouwen, en van de deining toen hij het Binnenhof opkocht, en toen hij de
provincie Limburg aan Duitsland wilde verkopen. Of het verstandig is om zoveel deining te maken tegen een man die potentieel heel Nederland onder zijn vleugels kan nemen weet ik niet.
Maar hoe dan ook, vorige week kom ik terug uit Engeland, waar ik iets aan het doen ben met een zuurtjesfabriek. Ik sta op het vliegveld en hoor dat er niet gevlogen wordt, maar op het zelfde ogenblik zie ik een klein vliegtuigje van de Grondbank warm draaien. Ik hol er naar toe en wie zit er in? Zwelman! Even later zitten we boven de Noordzee, en hij vraagt mij zo, langs zijn neus weg, ‘heb jij belangstelling voor televisie?’
‘Nou Rudger,’ zeg ik, ‘ik kijk er wel eens naar, hoezo?’
‘Omdat ik hem ga kopen,’ zei hij. Precies zo. ‘Omdat ik hem ga kopen.’
‘Hoe ga je dat doen,’ vroeg ik, want kijk, als een man als Zwelman zoiets zegt, dan bedoelt hij ook wat. Enfin, hij heeft het me uitgelegd.
‘Je moet begrijpen,’ zei hij, ‘dat ik het allemaal van tevoren geregeld heb. Eerst een beetje aan de regering gedouwd. Toen dat goed zat heb ik de Stichting Nederland Televisie opgericht, meteen met leden en statuten en de hele mikmak. Dat had ik natuurlijk al lang voor mekaar dat begrijp je. Een mooie ronde stichting, een beetje chu, een socialist, een paar kvp want daar moet je d'r meer van hebben, eentje van de ar en een stuk of wat vvd'ers, zo van alles wat, en precies de goeie mensen, want anders krijg je dat nooit door de Kamer, want die