Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De 'Poeticsche werken' (1975)

Informatie terzijde

Titelpagina van De 'Poeticsche werken'
Afbeelding van De 'Poeticsche werken'Toon afbeelding van titelpagina van De 'Poeticsche werken'

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (45.57 MB)

Scans (44.37 MB)

XML (3.65 MB)

tekstbestand






Editeur

W. Waterschoot



Genre

poëzie
sec - letterkunde

Subgenre

studie
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De 'Poeticsche werken'

(1975)–Jan van der Noot–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Catanio (1589-1590)

Ontstaan

Het eerbetoon voor een huwelijk binnen de Genuese natie te Antwerpen geeft Van der Noot gelegenheid tot de compositie van dit vel. Gezien de samenstelling van het publiek legt hij slechts Franse gedichten uit zijn produktie voor, telkens enkel in het Italiaans gecommentarieerd. Ook de citaten uit vreemde dichters zijn oordeelkundig uitgelezen met het oog op dit zelfde publiek: verzen van Petrarca en een sonnet van Simeoni ter ere van Dante. De enige Nederlandse regels worden geleverd door Jacob van der Mast, onder Van der Noots intimi wel de grootste kenner der Italiaanse literatuur.

Inhoud

-Epithalame (7-70)
In de vroege ochtend komt Erato de dichter aanzetten om de lof van Aurelio Catanio en Aurelia Spinola te bezingen. Achtereenvolgens vermeldt hij het geluk van de jonggehuwden, de trots der familieleden, de pracht van het feestmaal en de weldoende aanwezigheid der huwelijksgoden.
-Ode aan Michiel de Castro (84-179)
Na een schildering van het onverschrokken gemoed van de geëerde krijgsman bezingt Van der Noot diens heldhaftige houding bij de belegering van Doornik: hoewel ernstig gewond wilde Castro niet versagen. Dit wapenfeit zal aan de vergetelheid ontrukt worden dank zij deze verzen.
-Sonnet van Gabriello Simeoni ter ere van Dante (190-203)
Goddelijke geest, van wie Flora nu de naam en het werk hoogschat, die zij vroeger misprezen heeft! Zie mij ongelukkige, aan u gelijk in het zoeken naar een nieuw vaderland en het veranderen van de dichtstijl. Zullen wij samen treuren omdat de nijd elke nobele ziel aldus vervolgt tot het laatste ogenblik? Gij rust in de schoot Gods, ik echter leef in een zo slechte en harde tijd dat ik nog beter niet geboren ware. Wij betrouwen op de toekomst: gij, wiens gebeente hier rust (niet in uw vaderstad), en ik, die mijn leven in het buitenland slijt, omdat de deugdzame mens voor het vaderland weinig betekent.

Bronnen

75-80 = Petrarca, Sonetto CIV, 9-14 (Francesco Petrarca, Il canzoniere con le note de Giuseppe Rigutini. Rifuse e di molto accresciute da Michele Scherillo, Milano, 1918, 235)

Verklarende aantekeningen

1 les...nopces: la noce Huguet, V, 447 (s.v. Unes nopces)

[pagina 254]
[p. 254]

2 Avrelio Catanio
Hij stamt uit Genua en drijft handel op Venetië en Sevilla in compagnieschap met zijn schoonvader Baptista en met Jeronimo Spinola; zie Brulez, 543, 549; Grafschriften, I, 409.
3 Avrelia Spinola: blijkens de datum van ontstaan van dit vel moet zij in 1589 gehuwd zijn met Aurelio Catanio.
4 Iehan Baptista Spinola (†Antwerpen 6 Id. Mar. 1593)
Hij is een Genuees groothandelaar en de voornaamste deelnemer in het aluinmonopolie sinds 1559. Torrentius noemt hem dan ook ‘potentissimus’. Geregeld schiet hij de stad of de Staten belangrijke sommen voor; zo hebben de Staten-Generaal 18.000 pond sterling geleend van ‘Horatio Palavicino en Baptista Spinola, cooplieden van Genes, tot Londen trafficqerende’. Spinola associeert zich ook met anderen: Baptista en Jeronimo Spinola drijven in de periode 1589-1594 handel op Sevilla. Op 29 okt. 1586 verkoopt Lodovico Guicciardini zijn huis in de Markgravestraat aan Baptista Spinola ten voordele van diens zoon Vincent. Zelf bewoont Baptista het huis ‘Bolonia’ in de Lange Nieuwstraat.
Hij is gehuwd met Isabella Spinola (†Antwerpen 5 dec. 1582).
Lit.: AA, V, 271; VI, 207; IX, 388; XII, 62; XV, 252; XVII, 469; XVIII, 262, 301; XXVI, 299; Brulez, 543, 549; Ed. van Even, ‘Lodovico Guicciardini’, in Annales de l'académie d'archéologie de Belgique 33 (1876 voor 1877), 3e série, tome III, 309; P. Génard, ‘La furie espagnole’, in Id. 32 (1876), 3e série, tome II, 558; Grafschriften, IV, 47; VI, 152; Prims, VIII, 2de boek, 207; Sweertius, Monvmenta, 143, 161; Torrentius, III, 245 en passim; Goris, 209 e.v.
consvl: niet meer vier jaar later; zie moneglia 250
nation Geneuoise: zie voor de organisatie moneglia 1
8 Rebaissottoit: Baisait fréquemment Huguet, VI, 366 (s.v. Rebaisoter)
Cephale: Van der Noot verwart vermoedelijk twee mythische gegevens: Cephalus, zoon van Deion en Diomede wordt weliswaar door Eos (= Aurora) geschaakt, maar zij laat hem toch naar zijn vrouw Procris terugkeren. Daarentegen is het dagelijks opstaan van Eos uit het bed van haar rechtmatige echtgenoot Tithonus een vast gegeven in beschrijvingen van de dageraad; zie Pauly-Wissowa, V, 2657-2669 (Escher) en Der kleine Pauly, II, 279-280.
9 Mingiardement: gracieusement Huguet, V, 264 (s.v. Mignardement)
dedans: dans Huguet, II, 738 (s.v. Dedans)
10 Me vient...: een tafereeltje dat door Van der Noot nog wordt opgeroepen en afgebeeld is op balbi f 2v.
11 Eraton: de verschijning van de muze van het minnedicht ligt voor de hand i.v.m. een epithalamium.
12 me: voor Erato
17 prodigale: faite avec prodigalité Huguet, VI, 202 (s.v. Prodigal)
18 n'est: als negatie komt dikwijls enkel ne voor, zonder pas of point Huguet, V, 410 (s.v. Ne)
20 Leur: slaat op de volgende enfans, nl. de dichters.
21 saincte: de dichter is immers als priester van de muzen geconsacreerd; zie wonsel 76, 99.
escriture: manière d'écrire Huguet, III, 630 (s.v. Escriture)
23 plus haut: vgl. het ‘hoogher werck’ (voorwerk 1580-1581 44), dat Van der Noot dikwijls beloofd heeft.
28 sur-nom: nom de famille Huguet, VII, 143 (s.v. Surnom)
31 O plaisant...: vanaf dit vers is Van der Noot als toeschouwer zelf aan het woord, en niet langer Erato.
32 te: acc. als ond. van receuoir (inf.)
voiras: verras Huguet, VII, 432 (s.v. Veoir)
42 Heros...demy Dieu: een beeld dat kan ontleend zijn aan De vrijagie ende het houwelyck van Messer Luciaen dela Noce, 279 (Smit-Vermeer, 63)
44 bassement: à voix basse, tout bas Huguet, I, 499 (s.v. Bassement)

[pagina 255]
[p. 255]

47 Spinala: lees Spinola
51 encores: aussi Huguet, III, 410 (s.v. Encores)
55 apres: ensuite Huguet, I, 274 (s.v. Apres)
57 Yo: vreugderoep WNT, VI, 2242 (s.v. Io)
i'oy: j'ouis Huguet, V, 559 (s.v. Ouir)
61 baller: danser Huguet, I, 464 (s.v. Baller)
amoureuses: qui inspirent l'amour Huguet, I, 200 (s.v. Amoureux)
62 Rieglantz: zie voor deze spelling met ie Huguet, VI, 599 (s.v. Rieglement)
63 Iunon: als Juno Pronuba beschermster van het huwelijk
64 graces: kunnen bezwaarlijk gemist worden als dienaressen van Venus.
65 Hymen: de god van het huwelijk
66 dessoubs: sous Huguet, III, 120 (s.v. Dessoubs, dessous)
67 tost: vite Huguet, VII, 272 (s.v. Tost)
68 heur: chance favorable Huguet, IV, 478 (s.v. Heur)
71 alre: lees altre
75-80 Met deze verzen van Petrarca was Van der Noot reeds lang vertrouwd, want hij citeert ze reeds in het rekwest aan burgemeesters en schepenen, dat door hen behandeld wordt op 19 juni 1586 (Prims 1937, 975)
77 incunde: lees incude
81 Michiel de Castro: niet aangetroffen in de geraadpleegde literatuur.
83 Ferdinando Gonzaga: zijn Duitse troepen worden vermeld in Léon van der Essen, Alexandre Farnèse, prince de Parme, gouverneur général des Pays-Bas (1545-1592), Bruxelles, 1933-1937, V, 261.
86 voir: lees voix
90 alarmes: appels aux armes Huguet, I, 150 (s.v. Alarme); zie ook Ronsard, Le second livre des meslanges. Sonnet IX, 8 (STFM, X, 74)
91 horrible: redoutable Huguet, IV, 502 (s.v. Horrible)
100 trop: très Huguet, VII, 354 (s.v. Trop)
106 feindre: hésiter Huguet, IV, 61 (s.v. Feindre)
108 n'a guerre: récemment Huguet, V, 391 (s.v. N'a gueres)
109 genereux: courageux Huguet, IV, 293 (s.v. Genereux)
111 Deuant Tournay: de stad werd belegerd sinds okt. 1581 en is overgegeven op 29 nov.; zie Van der Essen, a.w., III, 9-35.
112 vers la bresse: door deze inlichting kan Castro's wapenfeit gedateerd worden op 21 nov. 1581: nadat de Spaanse artillerie er in geslaagd was een bres te schieten in de laatste verdedigingsgordel, is op die dag een algemene aanval uitgevoerd; zie Van der Essen, a.w., III, 26.
114 Au mitant: Au milieu Huguet, VI, 289 (s.v. Au mitan)
presse: foule Huguet, VI, 168 (s.v. Presse)
115 lors: alors Huguet, V, 45 (s.v. Lors)
116 senestre: main gauche Huguet, VI, 760 (s.v. Senestre)
117 ponr: lees pour
118 adextre: adroit, habile Huguet, I, 64 (s.v. Adextre)
120 bale: balle Huguet, I, 462 (s.v. Bale)
122 Dont: Par suite de quoi Huguet, III, 251 (s.v. Dont), nl. ten gevolge van deze verwonding
123 soudain: aussitôt Huguet, VII, 44 (s.v. Soudain)
125 deuant: auparavant Huguet, III, 148 (s.v. Devant)
128 espace: vrouwel. subst. Huguet, III, 658 (s.v. Espace)
129 quant & quant: en même temps Huguet, VI, 263 (s.v. Quant et quant)
130 des-grace: malheur Huguet, III, 80 (s.v. Desgrace) en Huguet, II, 761 (s.v. Degrace)
132 la poulce: le pouls Huguet, VI, 108 (s.v. Poulse)
133 Dont: zie 122

[pagina 256]
[p. 256]

  fut: lees fit
135 le relief: ‘l'action de se relever’ Huguet, VI, 463 (s.v. Relief); hier: het omhoogsteken van het vaandel (men denke de komma na relief weg)
138 Charité: de dichter richt zich dus tot een der drie Gratiën of Charites, die hem moet aangezet hebben De Castro te bezingen; voor de uitspraak van de misleidend gespelde uitgang -ité zie men het voorgaande rijmwoord pre-ditte (136); in geen geval is charité (= naastenliefde!) bedoeld.
141 factz: lees faictz
147 Loethes: zie apologie 138
151 S': Si; men gebruikt nog dikwijls de oude vorm se, waarvan de e voor een klinker wegvalt Huguet, VI, 789 (s.v. Si)
154 broze: lees bronze
quiure:
airain Huguet, II, 677 (s.v. Cuivre)
158 Gist: Est couché Huguet, IV, 308 (s.v. Gesir)
par-my: dans Huguet, V, 640 (s.v. Parmy) en Huguet, V, 539 (s.v. Parmi)
161 blancissant: blanc Huguet, I, 595 (s.v. Blanchissant); zie voor de Cigne blancissant wonsel 263
162 Qu': Qui Huguet, VI, 269 (s.v. Que)
163 chaut: lees chant
168 Dessoubs: zie 66
176 Si que: De telle sorte que Huguet, VI, 790 (s.v. Si que)
179 oultrageux: malfaisant, nuisible Huguet, V, 561 (s.v. Oultrageux) en Huguet, V, 564 (s.v. Outrageux)
180 Jacob vander Mast: zie goossenius 561. De tekst in 180-203 dankt Van der Noot geheel aan deze bewonderaar, wiens kennis der Italiaanse literatuur hieruit wel voldoende blijkt. Uit de compositie ter ere van Dante, die hier in extenso weergegeven wordt, heeft Van der Noot reeds op zichzelf toepasselijke fragmenten opgenomen in het rekwest van 1586 (zie 75-80), nl. 180-188, 190-193, 202-203 (zie Prims 1937, 978-979).
181 voordelijck: voordelig MNW, IX, 922 (Vorderlijc)
185-186: slotregels van Dantes grafschrift door Giovanni dal Virgilio, door Van der Mast wel ontleend aan Boccaccio's Dante-vita; zie Giovanni Boccaccio, Vita di Dante Alighieri. Con Prefazione di G.L. Passerini, Roma, 1884, 40. De tekst komt eveneens voor in Nicolaus Reusner, Icones sive Imagines viuoe, literis Cl. Virorum..., Basileae, 1589, A8r.
188 Gabriel Symeon: zie grammay 117


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken