Deze tweede versie vindt men ook in J. Huysmans, Oud-Roermond. Over St. Christoffelbeelden, rijm en dicht over St. Christoffel, Roermond 1927 (Overdrukken uit De Nieuwe Koerier), 19-20, en alleen de eerste strofe in een artikel van Jo Hansen, ‘Remunjse volkspoëzie róndj Sint Kersjtóffel’, Veldeke 32, nr. 176 (juni 1957) 39-44, met name 40.
Laurent Routs schreef het lied naar aanleiding van de brand in de kathedraal in de avond van 20 mei 1892, die ontstaan was door een blikseminslag in de toren. De toren brandde toen geheel uit: om twintig over zeven, vijfendertig minuten na het uitbreken van de brand, wankelde de torenspits en stortte in. Daarbij kwam ook het barokke, in 1663 door de goudsmid Gerard Douven vervaardigde Christoffelbeeld naar beneden, dat nog enige tijd met het voetstuk aan de torenbalustrade haakte en toen door het dak van een der zijkoren heen viel. Daar bleef het op het gewelf liggen, waar het, toen ook het dak van de kerk door het vuur weggevreten werd, hevig misvormd achterbleef. De kerk zelf bleef dankzij een moedig optreden van de brandweer van Roermond, die versterking had gekregen uit Venlo, Horn en Maasniel, grotendeels gespaard. Over de brand van 1892 schreef A.F. van Beurden een boekje, De brand der Kathedraal van Roermond, 20 mei 1892, Roermond 1892.
Op 12 oktober 1895 werd een nieuw drie meter hoog koperen Christoffelbeeld geplaatst, ontworpen door de beeldhouwer Josef Thissen en uitgevoerd door de koperslager Th.H. Cox. Van dit beeld kan men nog steeds een model op ware grootte, uitgevoerd in hout, aanschouwen in de Munsterkerk. Het beeld zelf, dat onder een baldakijn geplaatst was, viel ten slachtoffer aan een hevige storm op 6 november 1921, waarbij driekwart van de torenspits afknapte. Eerst op 1 mei 1957 werd op de van hevige oorlogsschade herstelde toren een nieuw beeld van de stadspatroon geplaatst, ontworpen door Joep Thissen jr. en uitgevoerd door de kopersmeden vader en zoons Claessen. Toen het 3,60 meter hoge beeld op 27 april 1957 op feestelijke wijze de Roermondse Markt opgedragen werd, werd door enkele Roermondse koren het lied van Laurent Routs weer gezonden, en wel op de melodie van ‘C'est un oiseau qui vient de France’ en met toevoeging van een vierde strofe, waarschijnlijk van de hand van Jo Hansen. In 1985 werd het beeld van een nieuwe laag bladgoud voorzien.
Zie voor de gegevens over het beeld, naast de reeds genoemde publicaties van J. Huysmans en J. Hansen, ook nog: M.K.J. Smeets, De Kathedraal van St. Christoffel te Roermond, Roermond 1953 en G.W.G. van Bree, De Kathedraal van St. Christoffel te Roermond, Roermond 1981.
Er zij nog op gewezen dat A.F. van Beurden in zijn eveneens in deze bloemlezing opgenomen verhaal ‘“Wie Jean Schmits zien nuuj boks mit helpe kreeg” en tegelijk afschaffer werd’ het in 1895 geplaatste beeld beschrijft en met name het baldakijn, dat blijkbaar door sommigen met een ‘opzat’ vergeleken werd en waarop een onbekende Roermondenaar dichtte:
‘Waat haet Krisjtóffel noe gedaon,
det hae in ein vogelskooi mót sjtaon.’