Philostratus seght, dat de ribben van haer vleugels, soo dick zijn als een vinger, wordende met een root velletje t'samen gehecht. Men seght datse het Gout in Schytia Asiatica bewaren, waerom onder haer, en de Arimaspen, een doodelijcke haet is; doch Aelianus getuyght, dat dese Inwoonders met een sonderlinge arghlistigheyt, en stoutigheydt het Gout van haer nesten (dese Vogels op den roof uyt geloopen en gevlogen zijnde) weten wegh te halen. Zijn oock seer begeerigh, ende roof-sieck op de Paerden, met welcke sy een doodelijcke vyandtschap hebben, met dien vechtende, haer dickmael verscheurende, en verslindende. Het is te gelooven, dat dit den Vogel Ruc van M. Paulo Veneto sal zijn, die in gedaente den Arent gelijck is, maer van ongemeene groote: en wordt op sekere tijden van 't Iaer, in de Eylanden boven Madagascar gesien, zijnde van sulcken ongemeenen sterckte, en overgroote kracht, dat hy alleen, sonder hulp, een Eliphant vanght, rooft, en die om hoogh ghevoert hebbende, op de Rotzen te bersten laet vallen, aldaer verscheurt, ende zijn vleesch inslockt. De meeste pennen van haer vleugels, souden 12 schreden langh zijn, en van sulcken dickte na proportie als de lengte. Yegelijck magh daer van geloven na sijn believen, alsoo de Scheep-vaerden van de voorige en tegenwoordige eeuwen daer af zwijgen.
Deze Vogel wordt Grijps, en oock Harpy genoemt, om sijn roofgierigheydt, opschockingh, verscheuringh, en verslindingh van alles, wat hem van eenige Gedierten, ofte Vogelen ontmoet, en voorkomt: soo dat Dieren, en Vogelen, hoe wreet en fel, schricken, beven, en zidderen, als sy dit gevleugelt verscheurend' Dier gewaer worden; met alle snelheyt vluchtende, in holen, en gaten haer verschuylende, om sijn rijtende klauwen, en alverscheurende beck te ontkomen; desselfs bewegingh, en voortganck is soo gezwint, dat noch Dier, noch Vogel, dien 't in 't gesicht krijght, sijn klauwen ontgaen kan: maer hem alle tot een proy, en roof moeten dienen, door dien hy over de aerde schijnt te drijven, somwijlen met een rassche beweginge de voeten op de aerde komende, ende onbeooghlijck voortschredende, dan wederom die groote wijdt uytgestreckte, en gespreyde vleugelen wint vattende schiet door de lucht als een blixem, en drijft op in de hooghte, om op dit, of dat aes te roven; edoch door de zwaerte sijns lichaems, sackt wederom allenghskens na beneden, tot dat 't met de voeten op 't aertrijck raeckt, en wederom betreet, soodanigh sijn koers voleyndende.
Na 't getuygenisse van Hesiodus, souden sy uyt Electra, de Dochter Oceani, voortgekomen zijn. By andere wordense Dochters van de Zee en Aerde genaemt.
In een van de Eylanden verre boven Madagascar, soude eens in de Lucht gesien zijn een schrickelijck gevecht, (na het getuygenisse Hygini) tusschen dusdanigen Griffioen, en een groote vreesselijcke vliegende Draeck, durende 2 a 3 uuren achter een, soo dat het bloedt in de Revier droop, dewelcke daer door roodt geverft wierdt, sonder dat nochtans den een op den ander, eenigh voordeel kreegh; somwijlen beneden op 't Aertrijck komende, seer afgrijslijck malkander vattende, scheurende, en bijtende, dan wederom sich al vechtende in de Lucht opgevende, tot dat sy eyndelijck moed, en mat, voor dien dagh van malkander af-lieten, den Draeck sijns weeghs vliegende, den ander na de Goudt-bergen, daer sijn nest was; welck gevecht den volgenden dagh hervat wierdt ontrent deselfde plaetse, in het aensien van een ongelooffelijcke menighte der Inwoonderen, vol schrick en verwonderinge zijnde: en dit tot drie dagen achter-een-volgende, met een afgrijsselijcke furie, hittigheyt, en wreedtheydt, t'elckens 2 a 3 uuren volhardende, sonder dat den een, den ander overwon, en doode.