Het schouw-toneel der aertsche schepselen

Afbeeldende allerhande menschen, beesten, vogelen, visschen, &c. Met een beschrijvende haer gestalte, hoedanigheden, natuur, krachten, eygenschappen, en genegentheden; met 160 figuren

Van de Caffres.

DE Caffres zijn een geslacht van Mooren, wonende aen de vaste zuyd-kust van Africa, omtrent de stercke vestingh der Portugesen, Monsambique genaemt.

Sy zijn in 't gemeen peck zwart van verwe, met seer gekrult hayr op 't hooft, hebben platte, breede en stompe neusen, groote dicke lippen, die sommige met gaten doorbooren, om daer in tot cieraedt, gelijck sy vermeenen, een beentken te steken. De Vrouwen hebben seer lange uytgestreckte borsten, die gelijck als sacken ver op de buyck neer hangen, soo datse die gemackelijk aen haer kinderen, de welcke sy gemeenlijck op de rugh dragen, konnen toereycken.

In dese hare mismaeckte en lelijcke gedaente dragen sy noch groote hovaerdy, ja achten haer selven voor de schoonste van alle Menschen, en belacchen de blancke als monsters.

Sy gaen meestendeel geheel naeckt, behalven die met de Portugesen eenige handelinge drijven, alwaer de Vrouwen het middel-lijf met katoenen lijnwaet bedecken.

Het jagen der wilde beesten is haer dagelijcksche oeffeninge, en zijn hier op wel geslepen.

Yeder dorp heeft sijn eygen Koningh,

[p. 21]

aen wien sy onderdanige gehoorsaemheyt bewijsen: sy voeren onder malkanderen wreede en gedurige oorlogen, en wien sy van haer wederpartyen levendigh vangen, worden tot slaven gemaeckt en verkocht: maer die in de strijt verslagen worden, snijdense de mannelijcke teel-leden af, ende die de meeste aen sijn Koningh presenteert, wordt voor de kloeckmoedighste en als een braef Ridder geacht en gepresen: dese mannelijcke teel-leden worden als dan neffens andere vereeringe wederom aen soodanige manhaften Ridder van den Koningh geschoncken; die de selve dan weder met eerbiedigheyt opneemt, aen een snoer rijght, en aen sijn Vrouw of Bruydt behandight, de welcke hier mede haer halsen vercieren, en laten haer voorstaen daer mede beter als met paerlen en goude ketenen versien te zijn.

Sy weten haer in haer slavernye wel te schicken, en geduldigh te dragen; seggende dat sulcks haer planeet mede brenght, en dat haer vrienden 't selve ongelijck wel sullen wreecken, en met dien hoop vertroosten sy sich selven.

In haer godtsdienst leven sy meestendeel als beesten en wilde menschen, gelijckse oock zijn, want weten van geen Godt, Afgodt, ofte godtsdienst te spreecken: hoe wel eenige weynige Christenen, en veel Mahometisten onder haer gevonden worden.

Onder dit geslacht van volck siet men'er oock die van het menschen-vleesch geen afkeer hebben, maer veel eer, soo wel als de Brasilianen, het selve voor een delicate spijse achten: waerom sy oock haer overwonnen vyanden wredelijck ter doodt brengen, verscheuren, braden, en alsoo haer schen-siecke lust daer aen volvoeren.

Haer handelinge bestaet in gout, elpenbeen, en andere dingen, het welcke sy tegen katoenen-lijnwaet en andere snuysteryen met de Portugesen verruylen.