Verzamelde gedichten(1990)–Martinus Nijhoff– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 272] [p. 272] VI De kamer hardt de lucht niet langer van tabak en onververste bloemenvazen, en in de keuken vragen whisky-glazen of de aanslag ooit nog afgewassen kan. Gedenkt vorige dingen niet, gij dwazen; 'k maak alle dingen nieuw; ik zal geen man om Jacob's zonde uitleveren ten ban; ik ben met u; ik ben de eerste en de laatste. Reeds is de werkvrouw aan het werk gegaan. De poetsmand laat ze in de open voordeur staan. O, merk hoe luchtiger in huis het wordt! Zij poetst, buiten, het koperen naambord. Hoe spiegelend wordt het, hoe smetteloos! De wildernis zal bloeien als een roos. Vorige Volgende