Verzamelde gedichten(1990)–Martinus Nijhoff– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 258] [p. 258] De schrijver Elk woord, terwijl hij schreef, ging ademhalen En riep een ander antwoord in zijn oor. Telkens kwamen tusschen de bergen door Vogels met nieuwen tekst, en uit de dalen Drong zulk een landelijke blijdschap door, Zoo heerlijk zelfs begon de rots te stralen Van 't langs geen enkelen weg meer te achterhalen Woord uit de zon, dat hij zijn spraak verloor. Hij ziet omhoog: wolken uiteengeworpen En een zwerm vogels die naar 't zuiden trekt. Hij ziet omlaag: hij ziet verspreide dorpen, Een waterput, een paard dat balken trekt. Zoo ziende wordt hij op een kruis geworpen En in vertwijfelingen uitgerekt. Vorige Volgende