Verzamelde gedichten(1990)–Martinus Nijhoff– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 159] [p. 159] Fuguette Claudien, jij speelt piano, en ik zit In de warande, en luister naar het zingen Uit het innige hart der stille dingen, En luister naar de stem der nacht die bidt - Nu is mijn hart heel stil geworden: dit Is het stil einde van het groote dringen. De regens die tusschen ons beiden hingen, Claudien, zijn over en de nacht is wit. Zachtheid, zachtheid is het woord van muziek: Het is of je op een groenen heuvel toeft, Een fabel leest, of ziet een mozaïek - En 't hart, ontvangend wat het hart behoeft, Niet meer van pijn verbijsterd, niet meer ziek, Vergeet - een glimlach lang - wat het bedroeft. Vorige Volgende