burgemeester in een gemiddelde kleine stad, die ik, al lezend, ergens
langs de IJssel zag liggen. Maar ik geef dit voor beter, het stadje kan ook
elders in ons vaderland gelegen zijn. Het boek geeft, op anekdotische wijze
voorgedragen, een zeer aantrekkelijke weergave van de veelzijdige werkkring van
deze functionaris, schildert met komische tinten de lastige gevallen waarvoor
‘de groote man in kleine stad’ uit hoofde van zijn ambt geplaatst wordt, en
doet voelen welk een nut en eendracht hij stichten kan in de plaatselijke
verdeeldheden en andere moeilijkheden, wanneer hij zijn taak conscientieus
opvat en opgewekt vervult. Tot in alle bijzonderheden wordt nu de loopbaan van
zulk een jeugdige burgervader, hier F. van Doorn genoemd, nagegaan. Hoe hij
solliciteert; hoe hij een ex-kapitein O.I.L. en een resident de loef afsteekt;
hoe in het stadje, hier Graafwijk geheten, de feestelijke ontvangst van Van
Doorn door plaatselijke, doch geenszins eensgezinde comité's voorbereid wordt;
hoe Van Doorn ten slotte luisterrijk wordt ingehaald met zijn jonge vrouw; hoe
hij voor het eerst door de stille maar spiedende straten stadhuiswaarts gaat;
hoe hij kennismaakt met boden, raadsleden, wethouders, politie, rekwestranten
en wat dies meer zij; hoe zijn vrouw intussen dominees ontvangt, pastoors,
notabelen en dames van notabelen; en hoe ten slotte uit de sportieve,
ambitieuze jongeman - Van Doorn is evenals zijn vrouw nog geen dertig - die
blij kon zijn tot dit ambt te worden uitverkoren, mettertijd al doende een
echte burgemeester gaat groeien, waarmee het stadje dat aan zijn zorg is
toevertrouwd in de toekomst blij zal kunnen zijn. Ziehier het boek. Het is
goed, en, wat zeldzamer is, vlot geschreven. Het bereikt de hoogte van de
Camera niet, pretendeert dit ook niet; het doet eerder soms aan
Klikspaan denken. Ik had echter, tot ik het
naschrift las, twee bezwaren, die beide door het naschrift werden opgeheven.
Ten eerste het optimisme waarmee - het boek speelt in 1937 - over de speciale
moeilijkheden van onze tijd wordt heengestapt, of beter heengedanst. Er zijn in
Graafwijk geen werklozen, geen strubbelingen met het Rijk, de Provincie en