Elisabeth Zernike
‘De gereede
glimlach’
Een bundel losse verhalen, schetsen van overschaduwde vrouwenlevens,
geschreven met de fijne, bedwongen gevoeligheid, die zo vaak de uiting is van
diepliggende onmacht. Zo de stijl, zo de mens. Deze vrouwenlevens, welke de
schrijfster ons hier in de doorsnede van huiselijk realisme voorlegt, of
liever: dit vrouwenleven (want het is altijd dezelfde edele, een weinig
misdeelde, verongelijkte en dit weer begrijpende en vergevende vrouw, die
Elisabeth Zernike tot schrijven beweegt), in
haar innerlijk apart-staan en in haar slechts voor haarzelf waarneembare
trillingen tussen schuwheid en aanvaarding, is iets wat ons tegelijk door
zuivere bedoeling en door weerloosheid treft. Het is de vrouw die zich
belemmerd voelt, niet alleen door een tekort aan uiterlijke aantrekkelijkheid,
maar vooral (ik meen echter, dat zij zich hiervan niet bewust is) door een
teveel aan inwendig dromen, waarin zij zichzelf rechtvaardigt en bij voorbaat
reeds een stille revanche op het leven neemt. Deze mijmeringen nemen de
overhand, snijden haar van de buitenwereld af, maar geven niet hetgeen dromen
geven kunnen: een krachtige zelfbestemming. Zo leven zij in de schaduw van ‘de
anderen’, een vader, een broer, een vriendin, man of kinderen, en leven daar,
minder gedrukt, denk ik, door het zien van zoveel lachende en zorgeloze
bewegingen om haar heen, waaraan zij weliswaar geen deel hebben maar dat haar
geest toch vermoeit, dan