eens uit te drukken, als
Verständigungsmittel, zowel in de Mis als voor Erasmus en Spinoza, werd
daarmede geheel verdrongen voor het constructie-Latijn, waar men ons op school
mee hindert. Ik neem aan dat Cicero voldoet aan de behoefte van liberaal en
neutraal onderwijs, maar geen mens maakt mij wijs dat Horatius ooit iets
geschreven heeft dat bij ‘Tantum ergo sacrementum’ of ‘Stabat mater dolorosa’
halen kan, noch wat gedachte, noch wat beeldende macht, noch zelfs wat
taalgevoeligheid en directe poëzie betreft. Waar ik voor zou ijveren, als ik
Broms eruditie en invloed had, is voor het eerherstel van het kerklatijn, van
het wegens apothekers-etiketjes gesmaalde ‘potjeslatijn’; ik zou trachten aan
te tonen dat, evenals het Christendom voortkomt uit de dode stad Jeruzalem, ja,
dat evenals de Dode Man ons allen voorging in het Leven, het een mysterieuze
betekenis heeft dat Zijn taal een ‘dode’ taal is, zodat ieder volk zich haar
kan toeëigenen, zodat ieder volk haar op zijn wijze kan spreken en zich toch
alom verstaanbaar maken. Ik zou strijden voor deze ‘dode’ taal, waarin eeuwen
en eeuwen Europa gedacht en gebeden heeft. Dood is slechts het Romeins Latijn,
maar het Romaanse Latijn, het tedere, het armoedige, het soldateske, zal leven
zolang het woord leeft dat gebroken werd en over de gehele wereld
uitgedeeld.
Ziet
Brom niet dat dezelfde schriftgeleerdelijke
ambitie die de volkstalen der middeleeuwen met de inherente nationale
katholiciteit uit de handschriften deed oprijzen, een veel dieper, een
internationale katholiciteit liet ondergaan in een filologische studie, die
meer afbreuk deed dan de andere opbouwde? En dat door haar klassicisme zelf de
gehele waarde van het Latijn tezeer een culturele gymnastiek is geworden en
bezig is, niet meer gevoed, met de jaren te verbleken? Dat Rome haar taal
verliest?
Wat de taalkundige geschiedenis betreft, er wordt natuurlijk lang
stilgestaan bij de hatelijke April-beweging van het midden der eeuw, de
coalitie naderhand, de schoolstrijd. Een ruim overzicht over Groens leven en
persoonlijkheid ontbreekt. Erg