Elisabeth Zernike
‘Het schamele
deel’
Ik houd van het werk van
Elisabeth Zernike. Ik heb een tijdje geleden
van haar gelezen ‘Een vrouw als zij’ in het maandschrift Elsevier. Ik las nu
van haar ‘Het schamele deel’. Ik kan niet anders zeggen, dan dat mij
haar werk ontroert, vertedert. Wanneer ik weer hier en daar het boek inzie,
grijpt het me telkens aan. De stijl is zo argeloos en zuiver, dat het is of we
door de woorden en zinnen heenzien. We voelen hier geen ‘literatuur’. We voelen
zonder bemiddeling wat hier geschreven is. Sytske, haar vreemd bewegende
gedachten, haar stille wonderlijkheid. Sytske, die haar dromen aaneenschakelt
als woorden en beelden in kinderrijmpjes. Haar reinheid is zo gaaf en broos. Er
is een sfeer van lente om haar heen. Zij is ver buiten de wereld in zichzelve
verzonken. Ze luistert roerloos naar het geheim in zichzelve, dat haar doet
glimlachen. Ik geloof, dat ze het mooiste is van wat de mensheid heeft. Er zijn
menselijkheden, die groter, die wilder, die onstuimiger en vervoerender zijn,
maar ik ken niets dat zo mooi is en diep. Was het niet haar glimlach, die Da
Vinci ontroerde? Haar legde de romantische cynicus Heine de handen op het hoofd
‘Du bist wie eine Blume’ en weemoed besloop zijn hart en hij bad. En
Shakespeare, de eeuwige Shakespeare, aarzelde tegenover haar en trok alleen dun
en vaag haar omtrek naast de prins van Denemarken. Is het niet merkwaardig, dat
de vrouwenfiguur uit het meest besproken stuk van Shakespeare, Hamlet, de meest
onbegrepene is?
Laat ik van dit boek niets anders zeggen, dan dat het mij ont-