zoekende
omhooggroeit langs de muur waaraan wij allen ranken zijn. Hij is ouder maar
niet oud geworden. Hij heeft nog evenveel verband met het leven als de
vitaalste onder de jongeren. Eenvoudig omdat hij leeft. Men kan immers niet
méér doen.
Men bezie van dit standpunt De Meesters leven tot op deze dag. Een
onverbroken voortgang, die hier en daar in haar vaart een werk van betekenis
afzet, en achterlaat. Ook in dit opzicht heeft hij de slordige rijkdom van een
Parijs artist, die haastig een omnibus naloopt en ongemerkt een meesterwerk uit
zijn zij-zak laat wegwaaien.
Men spreekt veel over De Meesters journalisme. Men zegt dat zijn
journalisme werk en dat zijn werk journalisme is. Het wordt hoog tijd dat men
het begrip journalisme corrigere. De man die in den treure de krant met
erbarmelijk afzaagsel volstopt, mag niet meer journalist genoemd worden. Maar
de man die de inhoud van zijn dag voelt als het résumé van al de vroegere
tijdperken, waaruit weer naar alle richtingen de toekomst zal openbreken, de
man die zijn dag als een geweldig knooppunt beschouwt en die zich ernstig en
onpedant verantwoordelijk voelt om die knoop te ontwarren of door te slaan, dat
is de man die schrijft wat iedereen denkt (of moest denken), dat is de
journalist. Journalisme moet een kunst worden, een kunst van energieke
voorbereiding. De privaat-docenten, de secretarissen van grote industriële
ondernemingen, de jonge kunstenaars moeten als journalisten wegwijs worden in
hun tijd, om weer hun tijd de weg te wijzen. En daar zijn ze in het buitenland:
Maurice Barrès, Maurras, Shaw, Chesterton, Hofmannsthal, Bahr. Was Lessing
anders dan een journalist? en Lasalle, en Disraëli? Zo is journalisme een kunst
met een eigen materiaal, misschien het moeilijkst om makkelijk te hanteren.
In deze grote zin was
De Meester de journalist die de nieuwe
realistische romankunst dertig jaar geleden de weg wees naar Frankrijk, in die
zin is hij de journalist die de nieuwe dramaturgie richt naar Strindberg. En in
die grote zin zijn ook zijn romans journalisme. Want zoals, naar ik aanduidde,
de journalist