De dagen spreken
(1946)–A.H. Nijhoff– Auteursrecht onbekend
[pagina 31]
| |
[pagina 32]
| |
Gij hebt den slag gewonnen. Gij hebt uw slag geslagen. Uw legers die door de getroffen volkeren van Europa als bevrijders werden begroet, hebben hun tenten tusschen die volkeren opgeslagen. Uw tanks die den vijand, vluchtend door de landouwen van Europa achtervolgden, hebben zich genesteld in de velden en langs de rivieren, tusschen het schaarsche vee en in het platgetreden graan. Uw rijkdom heeft zegevierend de haveloosheid van dit uitgeputte werelddeel bezet. Het staal en de rubber van uw zegewagens hebben de versleten weg dekken kapotgereden en in de steden de schamele plantsoentjes platgetrapt. De benzine van uw oorlogsmonsters heeft den grond doordrenkt en den bescheiden geur der aarde overwoekerd met den benevelenden adem van uw overwinning. De luxe van uw spilziek leger heeft de benepen armoe van het leeggeplunderde Europa op smartlijke wijze aan de kaak gesteld. De grootste overwinning die sinds menschenheugenis een overwinnaar toeviel, is uw deel geworden, want een geheel werelddeel, want bondgenoot en vijand vielen u gelijkelijk als rijpe vruchten in den schoot. | |
[pagina 33]
| |
[pagina 35]
| |
Daarom noemt men u dan ook ‘de groote overwinnaars.’ Daarom kunt ge u thans een kort moment van rust veroorloven. Gij hebt de zetels aangeschoven rond dit veroverde Europa en u breeduit neergezet om het goed in oogenschouw te nemen. Gij hebt het gladgestreken met een nonchalant gebaar om het in al zijn uitgestrektheid beter te kunnen overzien. Den weerstand dien uw hand nog hier en daar ontmoette, hebt gij uit den weg geruimd door de restanten van de vloten en de legers uwer bondgenooten weg te zenden naar den Stillen Oceaan. Gij hebt de grenzen tusschen de landen afgesloten en waterdichte schotten tusschen de volkeren geplaatst. Gij hebt de helden die als bondgenooten voor de gemeene zaak zijn doodgebloed, als landloopers van de groote wegen weggejaagd. Ge hebt Europa gladgestreken als een schaakbord en u breeduit om dat schaakboord neergezet, want gij kunt u na uw groote overwinning de rust veroorloven van een ontspanning en gij wenscht niet gestoord te worden in uw lievelingsspel. Gij hebt den oorlog en zijn dooden en verminkten | |
[pagina 36]
| |
reeds vergeten. Als een vreedzaam burger wijdt gij u aan de genoegens van een welverdiende rust. Uw handen die bedachtzaam koningen, pionnen en kasteelen over het schaakbord schuiven zijn zich niet bewust dat zij met dingen spelen waarvoor het kostbare roode bloed der volkeren geofferd werd. Zij zijn onschuldig aan de uitkomst van het spel zooals uw vliegtuigen en tanks onschuldig waren aan de misdaad waartoe hun plichtgetrouwheid werd misbruikt. En terwijl gij u aldus verpoost, verpoozen zich de soldaten van uw luxe-legers in de verarmde steden van Europa en spelevaren uw tanks door het platgetreden graan. Terwijl gij u aldus verpoost wischt achter de V. van uw Victorie een onzichtbare hand de woorden Vrede en Vrijheid uit. Want uw overwinning is zoo groot dat zij geen restricties naast zich duldt. Uw overwinning is zoo groot dat zij de zon verduistert voor de volkeren die in de schaduw van haar wiekslag staan. En dat zijn vele volkeren. Gij zijt de groote overwinnaars. Gij kunt het u veroorloven te fraterniseeren met den vijand en de verraders genadig tusschen uw bondgenooten op te nemen. Gij kunt uw luxe-legers laten pierewaaien in | |
[pagina 37]
| |
de verarmde steden van Europa. Gij kunt naar willekeur de overwonnen vesting Europa als curiositeit in uw musea plaatsen naast de friezen van het Parthenon... of haar als bruggehoofd gebruiken voor uw nieuwen oorlog... of haar, als afzetgebied voor het teveel van uw onevenwichtige productie, toevoegen aan uw imperium... Gij bezit reeds de kolen en het staal en weldra zult gij ook de petroleum en de rubber onder uw contrôle krijgen. Weldra zal wellicht al het meedoogenlooze goud van deze wereld in uw handen zijn. Want gij zijt vooralsnog de groote overwinnaars. Maar vergeet niet, machtigen van deze wereld, dat de bondgenooten die in de schaduw van uw overwinning met hun bezittingen en hun bloed aan die overwinning hebben meebetaald... dat de landloopers die gij thans van de groote wegen weert en uit uw feestlokalen... dat die geuzen de aarde vormen waarop uw gouden tempel steunt. Vergeet niet dat de wiekslag van uw overwinning die de zon verduistert, het licht niet dooven kan. Weest voorzichtig, groote overwinnaars, want uw victorie ligt gevangen tusschen de volkeren en hun vrijheidsdroom, tusschen de aarde en het licht. En | |
[pagina 38]
| |
wat vermag uw goud wanneer die aarde scheuren gaat en het licht zijn bliksem op uw tempel richt. Wat vermogen al uw oorlogsmonsters tegen de elementen der natuur... Hoedt u veeleer voor hun gramschap... |
|