wete, en ook ik kan wat gedaan is, niet ontdoen. D. is uitermate verblijd, hij heeft mij den hoofdzakelijken inhoud van uwen brief medegedeeld, en mijne gelukwenschingen met geestidrift aangenomen; indien hij zijn voornemen ter uitvoer heeft gebragt, moet hij u geschreven hebben, en zult gij dien brief of reeds hebben of spoedig ontvangen. - Dat fredrik met u terug komt is mij bijzonder aangenaam, wij zullen gaarne u beide logeren, christine heeft daartoe de benoodigde schikkingen reeds aanvankelijk gemaakt. De uitlegging die onze broeder mij geeft aangaande het besteden van zijn geld, heeft mij getroffen. Zijne onvoorzigtigheid wordt door het edele van zijne handelwijze zeer rijkelijk vergoed. Om eene persone over welke hij zich te beklagen had, te believen, getroostte hij zich, door mij, van geldverspillingen verdacht te worden, hielp, de zijnen bijstand inroepende, en zweeg! Dit is waarlijk regt braaf. Maar wat is toch die therése eene doortrapte bedriegster! Ik word razend als ik denk hoe zij ons alle drie om den tuin geleid heeft, en het is niet dan met den grootsten tegenzin, dat ik haar gisteren wederom een kwartaal van haar jaargeld heb gezonden, maar uwe redenen, om dit niet in te houden, waren te goed, dan dat ik geweigerd zou hebben in overeenkomst met dezelve te handelen. Evenwel heeft Mevr. P. binnen kort een' brief van mij te wachten, in welken ik haar eens ronduit de waarheid zeggen zal, en haar doen begrijpen, dat wij alle hare listen kennen en verfoeijen.