dig jegens hem gedragen, en mij juist getoond zoo als ik ben; dit gaat goed, wij zijn nu zoo als het ten minste schijnt, beste vrienden, en fredrik heeft zelfs eenige attenties voor mij, die ik zeker te beter bemerk, daar ik er zoo weinig aan gewend ben. Tot mijn leedwezen heeft geloof ik het reizen emilia kwaad gedaan, ten minste zij is sedert een dag of drie zoo ongesteld, dat zij meestal hare kamer houdt, en ons deze stad en al wat er te zien is, laat doorkruisen en bezigtigen zonder er zich aan te laten gelegen liggen, zelfs de twee avonden, die wij in de comedie doorgebragt hebben, heeft zij te huis willen blijven, en schoon ik haar aanbood haar gezelschap te houden, daarvoor bedankt. Om haren wil blijven wij nog heden hier, maar denken morgen de reize voort te zetten. - Wat zegt gij er toch van, dat Mevr. R. te Straatsburg blijft wonen? Ik heb niets van dat plan geweten eer ik vernemende, dat wij regtstreeks naar Brussel zouden reizen, mijne moeder vraagde of wij Mevr. R. niet moesten afhalen? waarop ik dan toen tot antwoord kreeg, dat Retraite niet meer door laatsgenoemde bezocht zou worden, en dus mijne opvoeding voor geëindigd aangemerkt, dat ik te huis terug zijnde onder het onmiddellijk opzigt van mijne moeder zou staan, en voor het overige eenig onderrigt aan huis ontvangen. Heeft men u ook zoo lang onkundig omtrent uwe bestemming gelaten henriette? ik denk: neen; want uwe moeder