Laten we daarom onze zinnen bij elkaar houden en eens kalm bepraten wat er nu eigenlijk gebeurd is.
Het was toch een publiek geheim, dat de inrichting der prijscouranten van de Engelsche rijwielfabrieken lang niet meer deugde. De machines werden daarin op allerlei fictieve prijzen genoteerd; haast niemand betaalde zijn rijwiel met het bedrag, hetwelk daarvoor in den catalogus werd gevraagd.
Wanneer men den fabrikanten vroeg welke de reden was, dat zij dergelijke fictieve prijscouranten de wereld inzonden, dan was hun antwoord steeds, dat zij dit deden ten bate hunner agenten. Met opzet noteerden zij te hooge prijzen ten einde den handelaren vrijheid te geven, al naar gelang der locale toestanden en gebruiken, den koopers meer of minder reductie toe te staan.
De Amerikanen hebben echter aan dezen ongezonden toestand een einde gemaakt. In plaats van 150 dollars voor de 1c klasse machines te vragen, welke prijs zelden of nooit door de koopers werd betaald, noteerden zij ze eenvoudig-weg op 100 dollars, welk bedrag de eigenlijke koopwaarde dier machines vertegenwoordigde.
De nieuwe 1897 prijscouranten uit Amerika brachten dan ook al eenigen schrik onder de koopers van Engelsche machines. Bij vergelijking scheen het dat Amerika zooveel goedkooper produceerde en dat men de Engelsche rijwielen te duur betaalde.
Men hield echter geen rekening met de omstandigheid, dat de Engelsche prijzen zelden werden betaald, terwijl aan die der Amerikaansche prijscouranten de hand werd gehouden.
Hadden dus eenige Engelsche fabrieken, welke haar fabrikaat gewoonlijk beneden catalogusprijs verkoopen, er in tijds voor gezorgd, dat ook haar prijscouranten de werkelijke verkoopwaarde der machines juister hadden weergegeven, dan zou de prijsverlaging, waarvan thans sprake is, niet zoo enorm gauw hebben kunnen geschieden.
* * *
En nu volgt er nòg iets.
Toen eenige groote Amerikaansche fabrieken bleken goede winsten af te werpen, verrezen in de Nieuwe Wereld de rijwielfabrieken als paddestoelen uit den grond. Met de oprichting van een rijwielfabriek meende men een goudmijn te stichten; kapitaal in overvloed was er voor deze ondernemingen te vinden.
Het resultaat is geweest, dat er in Amerika, met zijne reusachtige fabrieken met automatische machinerieën en massa-productie, weldra overproductie ontstond en er daar ter plaatse geen genoeg-