door den Schout-bij-nacht May) langs korteren weg dan over Dordt het Goereesche Gat bereiken.
Hierna werd door Rotterdam de scheepvaart uitsluitend op het Voornsche Kanaal gericht. De afmetingen van dat kanaal en de diepte van het Goereesche Gat en het Hellegat beperkten echter de vaart tot schepen van 110 M. lengte, 13,7 M. breedte en 5,7 M. diepgang. En aangezien er in deze eeuw voortdurend steeds grootere schepen gebouwd worden, was dit kanaal weldra niet meer voldoende. Bovendien werd een tijd van 18 uren gevorderd om langs dit kanaal van Rotterdam de zee te bereiken.
De klachten, welke van de zijde van Rotterdam hierover telkens herhaald werden, hadden eindelijk ten gevolge, dat in 1856 aan den ingénieur Caland een onderzoek naar de verbetering der riviermonden in Frankrijk en Engeland werd opgedragen. Een zeer belangrijk verslag werd hierover uitgebracht.
Vervolgens werd er den 5en November 1857 een Raad van den Waterstaat ingesteld, om de plannen, welke tot verbetering van dien waterweg waren voorgesteld, te onderzoeken.
Den 21en Augustus 1858 bracht deze een rapport uit. Hierin werd de Nieuwe Maas van Rotterdam tot Rozenburg, het Scheur, vervolgens ten Noorden langs Rozenburg, en verder de doorsnijding van den Hoek van Holland door een kanaal, als de kortste en beste waterweg voor Rotterdam naar zee aangewezen.
Den 24en Januari 1863 werd de wet, die de uitvoering dezer plannen gelastte, aangenomen, doch wegens onteigenings-processen enz. kon eerst in 1866 met de doorgraving worden aangevangen.
Men maakte een begin met het graven van een kanaal door den Hoek van Holland. De afdamming van den benedenmond van het Scheur had, in 1870 gedeeltelijk en in 1872 geheel, plaats tot 0,60 M. boven hoog water. Door uitspoeling hoopte men nu van zelf eene grootere verbreeding en verdieping van het kanaal te zullen verkrijgen. Echter beantwoordde de uitkomst niet aan de gekoesterde verwachtingen.
De lengte van den Waterweg van Rotterdam naar Zee bedraagt thans 33 KM. De gewenschte waterdiepte is bij dagelijksch hoogwater 8,2 M. aan den Hoek van Holland, 7,9 M. te Rotterdam, overeenkomend met doorgaand 6,5 M. bij laag water.