Spoorweg-kinderen
(1930)–Edith Nesbit– Auteursrecht onbekendEdith Nesbit, Spoorweg-kinderen (vert. G.W. Elberts). Met illustraties van Hans Borrebach. G.B. Van Goor Zonen, Den Haag 1930 (derde druk)
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van de derde druk van Spoorweg-kinderen van Edith Nesbit, in een vertaling van G.W. Elberts uit 1930. De illustraties zijn van de hand van Hans Borrebach. De eerste druk verscheen in 1909.
redactionele ingrepen
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (p. 4, 68, 86, 162) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina 1]
‘NA SCHOOLTIJD’
BIBLIOTHEEK VOOR JONGENS EN MEISJES
SPOORWEG-KINDEREN
'n Uitstekend, frisch boek van Nesbit. Warm aanbevolen.
10-14 jaar.
Comm. t. beoord. van Kinderlectuur in ‘Het Schoolblad’.
Want op den bodem van al deze vroolijkheid en onbesuisdheid ligt zooveel ernst, zooveel liefde, zulk een echt paedagogische strekking, dat de werken van NESBIT ook in dit opzicht de vergelijking met die van andere kinderauteurs schitterend kunnen doorstaan.
N. VAN HICHTUM
[pagina 3]
SPOORWEG-KINDEREN
DOOR
E. NESBIT
SCHRIJFSTER VAN: EEN ONDERNEMEND ZESTAL, GOEDE VOORNEMENS, NIEUWE AVONTUREN VAN HET ZESTAL
NAAR HET ENGELSCH DOOR
G.W. ELBERTS
MET PLATEN VAN HANS BORREBACH
DERDE DRUK
DEN HAAG - N.V.G.B. VAN GOOR ZONEN's U.M.
[pagina 192]
INHOUD.
Hoofdst. | Bladz. | |
---|---|---|
I. | HOE ALLES BEGON | 5 |
II. | PETER'S KOLENMIJN | 18 |
III. | DE OUDE HEER | 33 |
IV. | DE TREINROOVER | 47 |
V. | GEVANGENEN EN BANNELINGEN | 62 |
VI. | DE REDDERS VAN DEN TREIN | 75 |
VII. | VOOR MOED EN BELEID | 88 |
VIII. | DE AMATEUR-BRANDWEER | 102 |
IX. | DE TROTS VAN PERKS | 115 |
X. | HET VREESELIJKE GEHEIM | 129 |
XI. | DE HOND IN DE ROODE TRUI | 140 |
XII. | WAT BOBBIE MEE THUISBRACHT | 155 |
XIII. | DE GROOTVADER VAN DEN HOND | 168 |
XIV. | HET EINDE | 181 |