De goede dokter(ca. 1906)–Max Nassauer– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 24] [p. 24] Anna, die haar tanden niet wilde poetsen. Ons Ansje was eerst goed gezond Maar nimmer spoelde zij haar mond, Haar tanden poetsen wou zij niet, De borstel was haar grootst verdriet. Ten slotte werd zij ongezond En riekte vreeslijk uit haar mond, Haar tanden rotten, vielen uit, Op 't lest kreeg zij een varkenssnuit! Geen meisje wou meer van haar weten, Steeds moest het kind alleenig eten. En toen zij groot was, op het bal, Hoe dansten haar vriendinnen al! Aan haar had iedereen het land, Want zij had ook niet ééne tand! Toen weende zij en had berouw Nu niemand met haar dansen wou. Had ik gepoetst, snikt zij vol spijt, Dan was ik niet mijn tanden kwijt! [pagina 25] [p. 25] Vorige Volgende