27 februari
-- Eigenlijk is het slot van ‘'t losse blad’ hedenavond en niet eergister geschreven. Ik kan mij dus ‘niet verschuilen’ achter mijn bier. Gaarne had ik ook afgebroken ware 't niet geweest om de schijn te mijden alsof ik u door een ‘'t vervolg ontbreekt’ in de waan wou brengen alsof't mooier was dan het is.
Maar bovendien, ik ben op't idee gekomen dat mijn brief, zó als hij is,
perfect is, en ik deed verkeerd mij kwaad te maken omdat ik tegen het verhaal van die 13 jaren opzag, want ik heb begrepen dat ik al drok bezig ben u alles te vertellen. Is niet een brief als deze de trouwste schets die gij hebben kunt. Ziet ge er niet duidelijk uit het
van mijn leven?
Thans is het hoogstens
Weldra zal ik een lineaal nodig hebben ----------
Maar het was waarachtig mijn bedoeling niet. Ik meende toen ik begon, u een fatsoenlijke brief te schrijven. Het schijnt niet te kunnen. Ik kan het toch anders wel. Nu eens aannemende dat gij op mijn vriendschap gesteld zijt, en dat neem ik aan, moet het u plezier doen dat ik aan u niet anders schrijven kan.