Correspondentie.
Zendbrief aan zeer velen.
Pleizier kennis te maken. Heel wel, dank u. U ook? Dat's gelukkig, want als u niet wel was, zou ik 'r niets aan kunnen doen. Het weêr is... zoo als u zegt. Gister was 't... zoo als u zegt. Morgen zal 't wezen... zooals u zegt. Alles, alles is zoo als u zegt. De Havelaar is heel mooi. Heeft u nog iets?
Loop dan naar den duivel, en laat my met rust, m'nheer de pleizierkennismaker. Ik heb m'n bezigheden, weet u?
Den Heer G. te Utrecht dank voor de toezending van 't humoristisch album. Eilieve, ééne opmerking: die barbier op 't vignet, houdt z'n mes verkeerd. Hy snydt van zich af.
Ik woû dat ieder die tegen me schreef, my dat toezond. Wat vóór me is, hoeft niet. Dat weet ikzelf wel. Maar ik heb geen tyd om altyd uitdrukkelyk te bedanken. Dat ik nu voor den heer G. eene uitzondering maak, is om dat verkeerde prentje.