is met weinig talent geschreven, ook uit een oogpunt van polemiek. Ik zou wenschen ongelyk te hebben om 't pleizier zoo'n vyand uit het veld te slaan, uit een oogpunt van schryvers bekwaamheid, meen ik, maar je begrypt dat dit my nu repugneert.)
Ik wensch my veel zulke tegenstanders, mits er een regtbank zy die uitspraak doet. De regtbank zou 't publiek wezen, en wat moet ik verwachten van 't publiek, als zelfs myne vrienden zulk geschryf aannemen.
Lion zegt dat ik laaghartig ben. Nu behoef je niets verder te weten. Ik vraag je of het mogelyk kan wezen dat zulk een beweren gestaafd wordt? Er is een komieke kant aan. 't Is niet fyn van Lion zich te plaatsen op zulk een terrein, want ik zou veel aantastbaarder zyn op vele andere punten: schulden maken, excentriciteit, vreemde principes enz.
En toch moet ik weer zeggen dat hy (de uitslag bewyst het) zyn standpunt goed heeft gekozen, want myne zoogenaamde vrienden hechten waarde aan zyne beschuldiging.
Ik moet de courant nog wat houden, zoodra ik kan zal ik u die sturen, ook aan den heer van Vloten.
Het Bat. Hand. blad heb ik nog niet, maar ik