LXV.
's Hage 29 Nov.
Lief hartje! Ik zie uit uw brief dat ge geen geld hebt. Veel heb ik ook niet, maar voorloopig zend ik je f 25. Houd my ten goede dat ik weinig schryf. Myn plan is nog altyd thuis te komen. De heer v.Vl. had aan van Straten gezegd dat hy voor u zorgen zou. Ik begryp niet dat hy dat niet doet, en u telkens zoo laat zuchten, fidonc! Van Straten is hartelyk en lief, maar wat klein, niet large .... enfin! 't Is al wel zoo.
Schryf my in 's hemels naam nog maar hier (Fuhri) mogt ik dan weg zyn, tant mieux. Ik zal zorgen dat je myn komst weet.