met genoegen gelezen en later meer’. Ook zal 't nog in het Handels- en Effecten-blad komen. Ik gis dat het hier in Amsterdam, waar alles langzaam gaat, nog de tyd niet is voor enthousiasme.
Ik kan u niets bepaalds zeggen, ik denk en praktiseer. Ziedaar alles. Al ware er questie van eene nationale inschryving, het oogenblik is nog niet daar.
Ik heb van Lennep nog niet gesproken. Hy was op reis en heden is hy terug gekomen. In verband met zyn brief (drokte!) heb ik het indiscreet gevonden hem te gaan spreken, en bovendien ik verlies er, vind ik, niets by.
Zyne phrase van ondankbaarheid jegens de Ruyter vind ik in één woord bespottelyk. Heden kreeg ik een brief van een uitgever te Zutphen die zich in de gunst rekommandeerde. Hoe de man my heeft uitgevonden weet de hemel, maar dat noem ik vigileeren. En die de Ruyter!
Ik zit te denken iemand uittevinden die al de voorradige exemplaren koopt om naar Indië te zenden.
Maar daartoe is geld noodig. Ik wilde dat zoo graag om een 2en druk te doen volgen.
Lieve hart, schryf my Poolsche koffyhuis Amsterdam.