Ideën IV
(1877)– Multatuli– Auteursrechtvrij
[pagina 160]
| |
mogen vreemd opzien van m'n zelfverheffenden toon, huns ondanks echter zullen ze voelen dat er verschil is tusschen leege opgeblazenheid, en de rechtmatige trots van wie zich staande hield onder veel leed. Voelen zy dit niet, dan ligt de schuld aan hen, en dit levert my 'n reden te meer, my hooger te stellen. Bovendien, ik moest en moet dit doen. Hieruit alleen immers putte ik de kracht om staande te blyven, en ik vertoon alzoo aan de weinige jongeren die waard zyn te lyden wat ik leed, m'n hoogmoed als 'n les.
Doch deze les zou nadeelig werken door onvolledigheid, indien ik me niet haastte het zeer specifieke middel te noemen, waardoor alleen die hoogmoed wordt gerechtvaardigd, en dat de werking daarvan nuttig maakt. Dit middel is: denken. Wie denkt, kan niet verloren gaan. Wie denkt, overwint.
Ekonomisch omgaan met de werktuigen die we hiertoe noodig hebben, is hoofdzaak. Het verband tusschen nauwgezet denken, en de kracht om de vilenie der wereld te weerstaan, ga ik nu voorby. Het zy voldoende, daaromtrent te verwyzen naar de verhandeling over vrye-studie in den vorigen bundel, naar den noot op 268, naar 't hoofdstuk Tableau in Millioenen Studien en eigenlyk naar al m'n werken. Een aandachtig lezer zal overal blyken vinden van liefde tot stiptheid, en hoe ik voornamelyk hierin kracht zocht om smart te dragen. Vandaar dan ook 't gedurig aandringen op ‘juistheid van uitdrukking’ en op nauwkeurigheid in 't ‘bepalen.’ |
|