Ideën IV
(1877)– Multatuli– Auteursrechtvrij947.De twee eenige hollandsche generaals die sedert eeuwen doorgingen voor eenigszins bekwaam, of althans bruikbaar, waren civiele personen. Kraayenhof was, meen ik, geneesheer, en daendels 'n wynkooper. Ook de meeste zeehelden, zy althans die door de Vaderlandsche-geschiedenisboekjes op den voorgrond worden geplaatst (921) waren niet bedorven door militaire opleiding. Jacob simonszoon de ryk was 'n korenkooper. De watergeuzen waren visschers en koopvaardy-matrozen. De ruyter was, even als m'n vader: ‘schipper naast God van z'n schip.’ Wie deze uitdrukking niet begrypt, kan opheldering vinden in oude kognoscementen. Of zyn ze nog zoo?
Wat overigens de ontzenuwende werking van de militaire | |
[pagina 153]
| |
africhtery in wegloopen aangaat, verwys ik naar m'n Millioenen-Studien waarin dit onderwerp eenige keeren ter-loops wordt aangeroerd. Ik zal hierop ter-zyner-tyd met meer uitvoerigheid terugkomen, en zoowel op historische als zielkundige gronden aantoonen, dat het militarismus 'n leerschool van lafhartigheid is. |
|