668.
't Is niet gemakkelyk 'n grenslyn te trekken tusschen de twee
grondstellingen, volgens welke ieder zich behoort toeteleggen op 't algemeene
Mensch-Zyn, en tevens zich te onthouden van beoordeeling der zaken die
buiten z'n begrip liggen. Wie kan bepalen waar en in-hoe-verre dit laatste 't
geval is? We meten ons oordeel mèt ons oordeel, en begaan dus in 't
keuren van onze bevoegdheid altyd juist dezelfde fout, ter welker opsporing en
verwydering wy die keuring ondernamen. Het tweede gedeelte der uitspraak van
larochefoucauld: tout le monde
se plaint de sa mémoire, et personne ne se plaint de son jugement,
is alleen toepasselyk op wie tevreden is met 'n erkend gebrekkigen maatstaf, en
waarde hecht aan 't vrysprekend vonnis van 'n rechter in eigen zaal. 't
Geheugen is zoo gelukkig niet. Hem vonnissen dagelyks de onomkoopbare feiten,
die op gevoelige wyze 't deficit aantoonen in de boekhouding van eenmaal
opgegaarde, doch later verwaarloosde kennis.