584.
'n Hinderpaal op den weg van vry onderzoek is voorts:
zinnelykheid. Ik neem hier - tegen m'n gewoonte - dit woord in den
gebruikelyken zin. Hoe ik 't overigens opvat, doet nu niet ter-zake. Uit
zinnelykheid nemen wy indrukken - behagelyke of onbehagelyke - gemakshalve als
opinien aan, en meenen iets gedemonstreerd te hebben als wy uitdrukking geven
aan indrukken of gevoel. We zyn op dit punt als sommige geneesheeren, die koffi
of wyn al dan niet gezond vinden, naarmate zyzelf min of meer op die dranken
gesteld zyn. En meer nog, meent men dat 't katholicismus ooit zou geheerscht
hebben, zonder schilderyen, stand- of hangbeelden? Zonder eeuwig-jonge maagden?
Zonder beeldschoone naakte Sebastianen of Laurentiussen? Zonder indrukwekkende
gebouwen, zonder muziek, en zonder wierook?
Waarlyk, de dogmatiek van velen zit in neus, oogen, ooren en...
elders, en ik beweer dat deze organen geen behoorlyke werkplaatsen aanbieden
voor de Vrye Studie van 't verstand.