Ideën I
(1879)– Multatuli– Auteursrechtvrij271.Ik lees in 't prospektus van 'n Maandschrift ter bevordering der kennis van het wezen des Evangelies’ uitgegeven door Dr. L.S.P. Meyboom, onder medewerking van vele ‘geleerden’ - waaronder zes hoogleeraren die 't precies behooren te weten - dat alles wat men tot-nog-toe van 't Evangelie verteld heeft, eigenlyk maar gekheid is. Daar staat namelyk:
‘Sedert de Evangelie-spiegel, nu vijf jaren geleden, onder mijne redactie begon te verschijnen, is de ontwikkeling op het gebied van de kennis des Evangelies met snelle schreden voortgegaan.’
Och, de arme drommels die gestorven zyn in 't geloof aan 'n verkeerd begrepen Evangelie! Waarom lieten Dr. Meyboom en die andere ‘geleerden’ hen niet by-tyds in dien spiegel zien?
‘Nieuwe onderzoekingen zijn in het werk gesteld, nieuwe uitkomsten verkregen, en wat de Godgeleerden zochten, vermoedden en wisten, is ten deele ook onder den grooteren kring van niet-Godgeleerden verbreid. Daaruit zijn nieuwe behoeften geboren.’
Nieuwe uitkomsten? Welke? In-godsnaam, welke? Is liefde | |
[pagina 169]
| |
niet meer - onzinnig genoeg Ga naar voetnoot* - uw hoogste gebod? Is er 'n andere weg ten-hemel, dan door ‘Christus, en dien gekruist’ zoo als gyl. dat noemt? ‘De godgeleerden zochten, vermoedden, en... wisten’ zegt ge? Is 't dan wáár wat sedert lang zoovelen vermoed hebben, dat gyl. laag- en hoogleeraren, Isispriestertje speelt en den volke maar wat afval geeft van uw hooger kennis? Ik vind iets klagelyks in uw toon waar ge zegt: ‘dat is ten deele ook onder den grooteren kring van niet-godgeleerden verbreid.’ Het klinkt als: ‘sakkerloot, we zyn betrapt, het volk heeft achter de schermen gekeken!’ ‘Daaruit zijn nieuwe behoeften geboren! Wel wis en zeker! Dat zegt Bamberg ook, als-i - wat hèm zelden gebeurt - 'n tour manqué maakt. ‘'t Is uw kaart niet, m'nheer? Welnu... wat anders dan! Wie van 't gezelschap heeft 'n zakdoek of 'n horloge?’ Een goochelaar moet nooit verlegen zyn. ‘Nieuwe behoeften!’ Ik ben jaloers op die uitdrukking. Een ànder soort van behoefte aan 'n àndere manier om te geraken tot 'n ànders begrepen zaligheid! Hoe maken ze 't toch, al de sukkels die heengingen onder 't régime van de ouwerwetsche behoeften?
‘Meer dan ooit komt het thans bij de nadenkenden onder de Christenen tot bewustheid dat er een onderscheid bestaat tusschen ònze inzigten in de waarheid en de waarheid: tusschen ònze opvatting van het Evangelie en het Evangelie: tusschen ònze vormen van Godsdienst en de Godsdienst...
Genoeg! Genoeg, gy acht leeraren en zes hoogleeraren in allerlei dingen die niet behoeven geleerd te worden! Genoeg, uitleggers, verklaarders, voorlichters, wegwyzers, die nu op-eenmaal met gedwongen oprechtheid heel nuchter den volke komt vertellen dat ge u tot heden toe vergist hebt! Genoeg, ambtbekleedende Schriftgeleerden die op-eenmaal zoo flink - och hemel, 't moest wel! - al uw voorgangers verklaart voor weetnieten, en ze uitmaakt voor dieven van het loon, van den eerbied, van de onderdanigheid, die men neerlegde aan hunne voeten, in de verkeerde meening dat ze | |
[pagina 170]
| |
wetenschap gaven voor dat loon! Genoeg, nieuwe-behoeftescheppers! Voelt ge niet dat er weldra mannen zullen opstaan, die u de slagen teruggeven welke gy zoo meedoogenloos uitdeelt aan uw domme - of bedriegelyke - voorgangers? Och, wat zou 't Jezus smarten als hy weten kon hoe men z'n blyde boodschap zou verhanselen, opknappen, omkeeren, lappen en weer lappen, als 'n oud kleed! Ja, er is behoefte aan 'n nieuw kleed. Dàt durf ik u wel nazeggen, heeren! Maar men maakt geen nieuw kleed uit oude vodden, die afgedragen zijn, versleten, bevlekt en bemorst, sedert achttienhonderd jaren! Waarheid, heeren, waarheid! Dat ge nu erkent dat uw coup mislukt is... goed! Maar pas op, de ‘niet-godgeleerden’ zooals gylieden de menschen noemt die geen handwerk maakten van die zoogenaamde godsdienst, de niet-godgeleerden zyn zeer oplettend geworden. Er zyn er die ideen schryven, zonder de minste god- of andere geleerdheid. Dat ziet ge. |
|