Volledige werken. Deel 25. Nagekomen brieven en dokumenten uit de jaren 1871-1886 en registers
(1995)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd[1875
| |
[pagina 133]
| |
tra's Noordhoek gehoord hadden. Dat myn waarschuwing in den wind werd geslagen, spreekt vanzelf, en ik zou onrecht hebben me daarover te verwonderen, te meer daar ik nu eenmaal weet hoe slecht de Havelaar gelezen is. Eenigszins méér bevreemdde het my, dat het alweer aan belanghebbenden gelukt is, dezen brief doodtezwygen, of nagenoeg, toen er bleek dat ik de waarheid gezegd had omtrent het misdadig zwygen der ministers in de troonrede. Flaganter konden ze niet betrapt worden, en toch... de Natie neemt genoegen met zulk geknoei. Wat overigens zoowel van Regeeringszyde als in de Kamers over de Atjineesche zaken verhandeld werd - om nu niet te spreken van de zonderlinge overwinnings-bulletins! - is even intègre als die Openingsrede. Ook de kranten - nu op-eens au fait van de zaken! - haspelen dapper mee om 't Volk te bedriegen. Maar... dat Volk wil bedrogen zyn! Van Atjin begint de nederlaag. Ik weet er iets meer van dan m'nheer van de putte en z'n opvolgers. On l'aura vouluGa naar eind2.! |