Volledige werken. Deel 23. Brieven en dokumenten uit de jaren 1884-1886
(1993)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 496]
| |
beste Van den Bosch! Nog heb ik U niet bedankt voor 't Gidsnummer waarin Profr Quack z'n... kwakzalvers oratie heeft laten drukken. Ik hoop er toe te komen, die schryvery te behandelen. ‘Ik hoop’. Meer durf ik niet zeggen, daar m'n asthma me telkens onmachtig maakt. Het was dezelfde oorzaak die me vry onverwacht uit Holland dreef. Heen en weer reizen kon ik niet, en hoe onbeschryfelyk hartelyk ook m'n gastheer en gastvrouw te Rotterdam waren, ik mocht niet langer misbruik maken van hun liefderyke verzorging. Verbeeld U, in 'n zeer druk gezin was om mynentwil allerlei alteratie en ampliatieGa naar eind1. op de huisorde ingevoerd. Om slechts één ding te noemen, die beste menschen hadden voor my hun slaapkamer ingeruimd. Mocht je ooit met Dr De Haas of Mevr. De H. in aanraking komen, spreek hen dan S.V.P. als vriend aan. Ik kan U de kennismaking zeer aanbevelen. Ge weet dat hy specialist is in oogheelkunde.Ga naar voetnoot* Byna zou ik zeggen | |
[pagina 497]
| |
dat hy in dit Specialismus geheel opgaat (ja, nooit zag ik 'n... meer speciale specialist! Z'n ‘vak’ is z'n passie!) maar toch zeg ik dit niet, omdat het schynen zou dat hy niets was dan dàt. O neen, hy is bovendien 'n zeer knap en zeer edel mensch. Dat hy zich zeer moeielyk uitdrukt, is by de heerschende algemeenheid van mooipraten zeker 'n distinctie, en byna 'n verdienste. Wat Mevr. De H. aangaat - zy die misschien de fout heeft, te goed te spreken - ze is hoogst intelligent, en gloeit voor waarheid en recht. Och, tracht eens kennis te maken. Ge zoudt met open armen ontvangen worden. - Onder 't schryven drukt my de gedachte: wie weet hoe 't met uw zoon is! Als ge dáárover in zorg zyt, of in grooter zorg dan nu reeds sedert jaren, zal 't u moeielyk vallen, uw gedachte by iets anders te bepalen.- Ik ben bly met uw berichten over HenrietteGa naar eind3.. Ook daarover had ik U zeer gaarne willen spreken. Ik heb m'n byzondere denkbeelden over 't schoonzoonschap of liever over alle verzwagering. 't Wil er by my maar niet in, dat men zoo op eenmaal intiem kan worden met iemand die zoo kort geleden ons vreemd was. Ik zeg dit nu bepaald met het oog op Nonnie, van wier man ik de beste meening heb, maar... ik ken hem niet. Dan: ‘kennis maken’ zou men zeggen. Dit is in de eerste plaats onmogelyk om den afstand die ons scheidt. Maar al ware dit anders, het geleidelyk kennismaken wordt belemmerd door de pretentie opGa naar eind4. oogenblikkelyke gemeenzaamheid. Me dunkt het moet u stuiten, als 'n betrekkelyk vreemde zoo op-eens plaats neemt naast KeesGa naar eind5. dien ge van jongs-af hebt lief gehad. En dan de bedenking dat zoo'n vreemde U voorgaat in 't hart uwer dochter die hy minder goed kent dan gy! Er zyn hieraan nog meer beschouwingen vast te knoopen, maar ik heb U over iets anders te schryven. Als 't u maar schikt!- 't Is 'n incongruïteitGa naar eind6. in m'n positie, dat ik nog altyd voor velen 'n vraagbaak ben, en door sommigen voor 'n redder uit den nood word aangezien. By m'n onmacht is daarin iets sarkastisch. Ja, 't loopt in 't koddige. Zoo schyn ik op 't oogenblik beschermer te moeten spelen over twee vrouwen, beide arm natuurlyk, beide met kinderen ‘gezegend’ - ook natuurlyk, althans heel gewoon - twee vrouwen dan wier resp.e echtgenooten krankzinnig zyn. Wat de eene aangaat, het mededeelen van de wyze waarop ik met haar manGa naar eind8., en daardoor later met háár, in aanraking kwam, is | |
[pagina 498]
| |
interessant. Vraag er my, S.V.P. eens na, als ik U spreek.Ga naar voetnoot* 't Zou me nu te ver afleiden van wat ik nu te zeggen heb over de andere. Van die andere dan ontving ik nevensgaand schryven. Wees zoo goed het te lezen en eens natedenken over de vraag of niet in dit geval de Maç∴Ga naar eind7. moet byspringen? Veel toelichting heeft de brief van de arme stumpert niet noodig. Maar iets toch. Haar man F. Gunst was iemand van veel bekwaamheden, die evenwel wat het geldelyke aangaat, nooit recht op streek kon raken. Misschien ontbrak hem de eigenaardige esprit de conduite, 't savoir faireGa naar eind9. dat meermalen 't deel is van minder begaafden. Misschien ook ging hy gebukt onder karakterfouten die ik niet beoordeelen kan. Maar wel weet ik, dat één ding hem altyd in den weg stond: hy was bezeten door 'n woedenden haat tegen de Jezuïten, iets wat in myn oog nu juist niet het ware kenmerk van ‘vryzinnigheid’ is. Maar dit laat ik nu daar. Naast dien haat deed de arme Gunst aan GründereiGa naar eind10.. Hy wou profeet, Apostel zyn, of tenminste voorganger. De (zeer dikwyls noodlottige!) hebbelykheid van woord- en penvoeren, leidde of hield hem op dien weg. Bref, hy was - eerst officier, en later - M∴ der pretense L∴ ‘post nubila Lux.’Ga naar eind11. (voor zeer veel jaren - ik denk in 62, 63, heb ik eens de vergadering van P.N.L. bygewoond. Toen fungeerde Dr Polak, de toenmalige redacteur van 't Handels- en Effectenblad als voorzittend M∴ Het was om misselyk te worden. De Br∴Ga naar eind12. hadden, naar 't my voorkwam 'n paar dozyn frasen van Kant, LeibnitzGa naar eind13., Spinoza e.d. van buiten geleerd - niet eens altyd korrekt! - en daarmee sloegen ze elkaar om de oren dat het 'n lust was! Nog eens: misselyk!)- Hoe dit zy, de arme verdwaalde - en ook dikwyls mishandelde - Gunst was aan die Loge vastgeraakt. Et le moyen d'en sortir!Ga naar eind14. Nu, of hy dit ooit gewild heeft, weet ik niet. Dezelfde kwasi-vryzinnigheid die hem maakte tot 'n Jezuïtenfresser blies hem in, de rol van Luther te willen spelen op Mac∴ terrein. Zie daar mèt z'n tegenwoordige kwaal, drie krankzinnighedens voor een. Dat is te veel voor een mensch, al ware hy dan geen tobbert zooals Gunst. | |
[pagina 499]
| |
‘Maar wat gaat my dit alles aan?’ vraagt ge. Hm, ik ben 'n allergemeenste politicus en voer 'n helsch plan in m'n schild. Kyk, al wil ik geen slaaf zyn van den haat jegens Jezuïten en Roomschen, toch gun ik dien heeren niet veel goeds, niet, byv. het innig genoegen 'n arme familie bytestaan en nog zielen te werven voor den Katholieke Hemel op den koop toe! En meer infernale lusten! Wat zegt ge van 'n gloeiende kool op 't hoofd van den vervloekten kettermeester Gunst? Of, als hy 't niet meer voelen kan daar hy reeds door den O∴ B∴ H∴Ga naar eind15. van 't Heelal zoo behoorlyk is gestraft in 't deel waarmee hy gezondigd heeft - z'n denkvermogen! - dan toch ziedende druppen weldaads op de schedels zyner Nubila Lux-verwanten? Wraak is godenspys- Beste Van den Bosch, ik stel U voor 't Gr∴ O∴Ga naar eind16. heel dringend uittenoodigen zich gloeiend en ziedend te wreken op den heresiarch F. Gunst, door zich 't lot van z'n vrouw en kinderen aantetrekken! Dag beste kerel uw vr. Dek |
|