Volledige werken. Deel 22. Brieven en dokumenten uit de jaren 1882-1883
(1991)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 691]
| |
Nieder-Ingelheim 11 Aug. '83. (....) Onder de vele dingen die ik niet begryp is ook de verregaande déceptie die 'n carrière als de uwe oplevertGa naar eind1.. Deze uitdrukking is onjuist. Ik begryp de déceptie wel, maar ik zoek naar de oorzaken die haar teweeg brengen en wettigen. 't Is onbetwistbaar dat de maatschappy in 't contract dat zy met u (gy met haar, om 't even) aanging achterstallig is, niet volgens 'n noembaar wetsartikel natuurlyk, maar in-gemoede. De bedenking dat de Staat u geen beter inkomen of sneller promotie beloofde, dat ge by 't kiezen uwer carrière vrywillig de risico van tegenvallen voor uw rekening naamt, zou grond hebben voor 'n rechtbank als ge gek genoeg waart den Staat te dagvaarden wegens wanpraestatie. Maar die praatjes zyn zonder waarde als men zich plaatst op hooger standpunt dan 'n rechter mag innemen. Het belang van den staat kan met zulke toestanden niet gediend zyn. Maar ik voel me niet in staat de middelen aantewyzen die verbetering kunnen brengen in den toestand. Wèl meen ik te weten wat ik zou te doen hebben als ik baas was. M'n niet-weten doelt op de maatschappy zooals ze thans is. Myn ideaal zou wezen een zeer klein leger, doch zeer hoog betaald, in rang en eer zoowel als in geld. Het eenvoudig soldaat-zyn moest 'n hoog standpunt opleveren. De geest der eeuw neigt tot het herabsetzenGa naar eind2. van alle individueele waarde om die te vervangen door getalsterkte. (Zie de kiezery!) Men wil veel waar voor z'n geld, 'n groot quantumGa naar eind3., en let hoe langer hoe minder op 't gehalte. Deze fout heerscht ook in andere vakken, in de industrie, byv. Overal wordt gespeculeerd op goedkoopte. Wat nu 't leger betreft, staat nederland, vooral in appréciatie, zeker 't allerlaagst. Of dit ook in betaling 't geval is weet ik niet, doch daarby moet wel in rekening worden gebracht dat in ons landje 't geld goedkooper is dan byna overal elders. Minder dan elders wordt de ellendige betaling door waardeering aangevuld. Nederland heeft z'n waardeering noodig voor andere dingen, by voorkeur voor de zoodanige die niet te converteerenGa naar eind4. zyn in iets degelyks. Albrecht BeylingGa naar eind5., HambroekGa naar eind6., Claudius CivilisGa naar eind7. kunnen geen rekening presenteeren ‘voor aan UEDd. geleverde stof tot chauvinisme.’ Men kan er dus op toe bluffen à coeur joieGa naar eind8.! Wat nog leeft, nog in de buurt is, moet verwaarloosd worden, ja | |
[pagina 692]
| |
schandelyk geïgnoreerd. Gister nog ben ik verontwaardigd opgevlogen by 't lezen van 'n tweetal berichtjes die in 'n krant vlak onder elkander stonden. Een bakker had vergunning gekregen zich hofleverancier te noemen. 't Schynt dat z'n ‘WeihnachtsstollenGa naar eind9.’ byzonder in den smaak van Z. (of H.) Majesteit waren gevallen. Die koeken werden vermeld, de naam van den vent werd genoemd, de straat waar hy woonde werd aangewezen. Zelfs deelde men den volke mede welken anderen koekbakker hy in 't bakken van die Stollen had opgevolgd. De redactie van die krant zorgde er dus wel voor dat de nederlandsche Natie in alle byzonderheden te weten kwam hoe 't met dien man geschapen stond en wat er met hem gebeurd was. Er mankeerde nog maar aan dat men er 'n lofrede aan toevoegde op Z.M. onzen geëerbiedigden Koning die zoo koninklyk ware verdiensten (hier in zake ‘Weihnachtsstollen’) weet te beloonen. Laat ons hopen dat we dit nog te goed hebben. En zie vlak boven die belangryke uitvoerige mededeeling, lezen wy: ‘In 't Amstelhotel is by dr. MezgerGa naar eind10. in behandeling gekomen een luitenant van het O.I. leger... (waarom niet liever: 'n persoon? 'n individu? 'n kerel?)... die te (?) Atjeh drie kogelwonden en drie-en-twintig klewanghouwenGa naar eind11. bekwam.’ Geen woord meer. Zelfs de naam niet van den lyder. Drie kogelwonden, drie-en-twintig klewanghouwen! Hoeveel kogelwonden, hoeveel klewanghouwen moet iemand ‘bekomen’ hebben voor 't de moeite waard is den naam te melden van den arme die in nederlandsche dienst - in 'n vuile zaak, dit is waar, maar dit is zyn schuld niet - gemarteld werd? Ik ben bitter gestemd. Laat me maar eindigen. Hartelyk gegroet t.t. Dek. |
|