Volledige werken. Deel 22. Brieven en dokumenten uit de jaren 1882-1883
(1991)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 517]
| |
[pagina 518]
| |
Nieder Ingelheim 11 Januari 83 beste Vos! Gister ontvingen wy uw keurig boekje. Mimi verwelkomde het met 'n kreet, en ook ik kan u niet zeggen hoe bly ik ben dat ge aan ons gedacht hebt. En toevallig had ik juist gister nacht zoo aan u en uw NannoGa naar eind1. gedacht. Natuurlyk hadGa naar eind2. er reeds theilweiseGa naar eind3. kennis mee gemaakt door de hartelyke beoordeeling in den Spectator en de daarop gevolgde schoentjes-kontroverseGa naar eind4..- Zóó ongeveer begon ik gister avend een brief aan U. Daarop ging ik aan 't divageerenGa naar eind5. over 't nieuwste werk van Huët (‘het land van Rembrand’) dat ik nog niet gelezen heb (ik had dus moeten zeggen: over m'n tegenzin die gegrond is op de vry algemeene ophemelary en m'n vooroordeel tegen hem) en over Mevr B. Toussaint's ‘Majoor Frans’. Daarover wydde ik zóó uit, dat gy | |
[pagina 519]
| |
recht hebben zoudt tot beklag. 't Was geen behoorlyk antwoord op uw vriendelyke aanbieding van Nanno. Ik verscheur dus de blaadjes van gistr'-avend (na u toch even gezegd te hebben dat ik dien Majoor FransGa naar eind26. - boek en persoon - heel min vind. Sta ik alleen met dat oordeel - in godsnaam! Ik verbeeld my het te kunnen rechtvaardigen, en daaraan besteedde ik - heel ongepast - 'n groot deel der nu verscheurde blaadjes.) Gistravend dan liet ik m'n schryvery liggen en las uw lieve Nanno. Ja, het is 'n keurig stuk, al heb ik 'n ander oordeel dan gy over de soort van productie. Ik weet niet of die laatste woorden juist zyn. Uw Nanno is 'n hoog poëtische LeistungGa naar eind6., doch - neen, 'n ‘doch’ is er niet. Ik wou maar zeggen dat by deze uitdrukking meer op ‘Leistung’ dan op't adjektief behoort gedrukt te worden. Anders uitgedrukt, ik vind uw Idylle meer 'n litterarisch dan poëtisch meesterstuk. Heb ik hierin gelyk? Ik verwacht niet dat velen my dit zullen toestemmen, vooral niet omdat ik nagenoeg alleen sta met m'n meening over poëzie. Zelden hoor ik zonder protest van myn kant, dat woord gebruiken, of althans ik kan me meestal niet volkomen vereenigen met de beteekenis die men daaraan schynt te hechten. Maar basta nu dáárover. 't Zou gaan schynen alsof ik iets wilde afdingen op uw zoo liefelyke Idylle. Over weinige dagen lees ik het stuk nogeens, en liefst overluid om den Rhythmus te hooren, waarby ik acht geven zal op de door u geschonken Noten. Hartelyk dank! Ook voor de heden (een bestelling na't boekje) ontv. postkaart. Mies zal u antwoorden op haar eigen houtje. Wilt ge svp. niet vergeten dat ge ons beloofd hebt dezen zomer van Napels terug keerende, zoo mogelyk den weg over Mainz (d.i. Nieder-Ingelheim) te nemen? Ja, doe dat toch met Uwe vrouw en dochter! Gy zult zoo heel heel welkom zyn, en de vette kalven n'ont que bien se tenirGa naar eind7. tegen dien tyd. Met veel genoegen heb ik de NJaar's prent van den Spectator nagepluisdGa naar eind8.. Zullen de lezers begrypen dat de absentie van 't kwitantiezegel 'n epigram en actionGa naar eind9. is? Zóó heb ik 't opgevat. De samenkoppeling van de twee millioenen Juffrouwen lag my sedert maanden op't hart. Nu moet ge weten dat ik de tin knoeiery voorzag toen ik in de Couranten las dat 's Jacob... (van 'n byzonder deftige emigranten familie, zegt Fruin, | |
[pagina 520]
| |
zonder er by te vertellen hoe 'smans fransche voorouders hun naam spelden.) - nu dat die m'nheer Jakob kort na z'n benoeming by prinses Hendrik dineerde. En onlangs las ik dat zy links en rechts bezoeken aflegde. (amb-ire!)Ga naar eind21. 't Zal me benieuwen hoe de Kamer zich houdt. De zaak is ergerlyk! HetGa naar eind10. antwoord van De Brauw rechtvaardigt niets. Integendeel, juist als de door hem opgegeven gronden voor de verlenging inderdaad bestonden, lag 't voor de hand de koninklyke machtigingGa naar eind11. te vragen, nà overleg met de vertegenwoordiging. Het brutaal vermyden van dat overleg is wel 'n blyk dat hyzelf die gronden niet voor overtuigend hield. M.i. zyn èn 'SJacob èn De Brauw benoemd ad hoc!Ga naar eind12. (Men schryft me uit Rotterdam dat de aandeelen van Prinses Hendrik grootendeels in handen van den Koning zyn overgegaan. Of 't waar is, weet ik niet. Nog eens Uw N. Jaars satyre. Ik betreur het dat er niet wat meer ruimte was in uw ‘gruwelkamer’. Ik had er zoo graag 't onuitstaanbare ‘als’ (met pretenseGa naar eind13.) beteekenis van toen, in gezien. En de onverdragelyke praesens! (actualitatis?)Ga naar eind14. Of 't Perfectum!Ga naar eind15. (beiden inpl. van 't burgerlyk juiste Imperfectum.Ga naar eind15. Als Amalia flauw valt, is Leonard haastig toegeschoten, En: verliefd (of jaloersch) van! (Zie Busken Huet en Bosboom Toussaint, óók émigrésGa naar eind17., minder apokriefGa naar eind18.-deftig dan SchakopGa naar eind19., dit erken ik maar al bewezen zy familie van CatinatGa naar eind20. te zyn of aftestammen van CollignyGa naar eind22., dit geeft hun geen recht ons opteschepen met de taalGa naar eind23. die hun voorouders spraken. En daar is affectatieGa naar eind24. in (‘aanstelling’ zegt juffr Toussaint, zeker om te bewyzen dat ze slecht hollandsch weet te schryven zonder 't minst atavismeGa naar eind25.). ja affectatie, gemaaktheid, jacht op distinctie, d.i. naar myn definitie van 't woord: ploertery. Huet zal zeker nog wel weten dat men geen ‘pluim’ gebruikt tot het reinigen van 'n kamer. En zeker weet zy ook wel dat men in Holland niet zegt: | |
[pagina 521]
| |
aan wien zegt ge dit! (à qui le dites vous = nu, dàt zal wel waar wezen!) Ook dat men niet telkens 'n antwoord begint met de vraag: ‘Wat zal ik u zeggen?’ (De bekende fransche stoplap.) Ja, ik ben misselyk van Juffr. Toussaint. Zeker zou 't 'n slechte daad zyn 'n achtenswaardige oude dame publiek te havenen (jazelfs 'n domheid!) maar ik heb moeite my intehouden. Beste Vos, haar geschryf is afschuwelyk! 't Is de vraag of ik goed doe myn oordeel niet te uiten (en te rechtvaardigen. Misschien zou 't plicht zyn. Misschien is 't zwakte dat ik - ik weet het niet. Misschien hebt gy zelf dien jonker FransGa naar eind26. slechts vluchtig gelezen, en verwondert ge U over m'n byna onvoorwaardelyk laagstellen van dat boek. Toch geloof ik u aan m'n kant te krygen, als ik u 'n lystje aanbood ('n lyst, 'n lange lange lyst!) van al de taalgruwelen die zy begaat. Dat kan niet anders. Ge zyt auteur van de zoo keurig gestyleerde ‘Vogels’ en moogt niet tevreden zyn met zoo'n keukenmeiden werk. En niet alleen wat taal betreft, maar ook in karakterschildering is die Majoor Frans 'n prul. Myn god, wat 'n publiek dat dit niet inziet! Ik ben er zeer verdrietig over. Wat geeft het, in den smaak te vallen van 'n volk dat zùlke dingen toejuicht?- Daar ben ik toch weer op't chapître van Mevr. B. Toussaint gekomen! Och, wees er niet boos om. De ergernis over zulke dingen... is sterker dan ik, om me ook eens voor 'n afstammeling van émigrés te doen aanzien. (Het verwondert me dat ik juist die uitdrukking niet in haar boek vind. We willen hopen dat ze'r die invoegt by 'n herdruk. Daarvoor mag ze het meermalen voorkomend: ‘dat gelykt op U’Ga naar eind27. er uit laten omdat het maar 'n duitsch idiotismeGa naar eind28. is. Men is fransch of niet-fransch, que diantreGa naar eind29.! Ik ga Bosboom doodschieten. Ik vergiftig mevr. Huet. Ik zet wewenaar en weeuw in 'n hokje by elkaar. Na 'n gepast tydsverloop ga ik kyken of 'r emigreetjes voor den dag zyn gekomen. Zoo ja, dan zend ik ze onder de hoede van S Jacob naar Frankryk, met vrindelyk verzoek ze dáár by den burgerl. St. te laten inschryven als plaatsvervangers van de slachtoffers der par.n bloedbruiloftGa naar eind30.. Zoo wreekt zich de brave.- Mies is flink en wel zooals altyd. En Wouter geeft ons veel geluk. 't Is 'n lieve jongen, waarlyk! Wat my betreft, voor't eerst van | |
[pagina 522]
| |
m'n leven ben ik aan't medicineeren. Een dokter teGa naar eind31. Amsterdam kwam ons bezoeken, expres om me van m'n asthma te genezen. Daar hy te dien einde 'n drukke praktyk eenige dagen in den steek gelaten hadGa naar eind32., had ik den moed niet myn aanvankelyke weigering voltehouden. Ook Mies drong er zeer op aan. Ik gebruik alzoo nu chloretum ferriGa naar eind33. (zeg ik 't goed?) om later de kwaal aan te tasten met arsenic. Of't helpen zal? Maakt uw familie het goed? Uwe vrouw? De Napelsche Visscher? De Kanonnier?Ga naar eind34. En uwe dochter? En haar Nikias? Ontvang voor allen onze hartelykste wenschen. Komt toch dezen zomer eens by ons kyken. We zouden 't zoo prettig vinden! Dag beste Vos, wees heel hartelyk van my gegroet. Mimi schryft zelf uw vriend Dek
Neem er toch genoegen mee dat mn brieven zoo en négligéGa naar eind35. zyn. |
|