Volledige werken. Deel 20. Brieven en dokumenten uit de jaren 1879-1880
(1989)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 307]
| |
Gouda, 6 febr. 80 vrydag ochtend. lieve beste Mieske, heden by 't ontbyt je brief van woensdag avend (gister van W.b. verzonden.) Er staat geen nummer op, het moet 16 zyn. Ik was er heel bly mee, vooral omdat er in stond dat de vermeend-ontbrekende te recht was. Je moet geen genoegen nemen met 'n gaping. Alles moet aansluiten. Nu is de zaak in orde. En je had het geld al. Dat ik zei: ‘slechts’ doelde dáárop dat ik zeker gedacht had je dinsdag 1000 gl te zenden. Daarom viel 't me tegen. Ik zal je eens 'n vry nauwkeurig lystje zenden van de opbrengst en onkosten. Zaalhuur &c zyn infaam hoog. Maar heel erg kan me dit niet schelen. De hoofdzaak is dat we niet in nood zitten, en dàt marcheert goed. Over weinig dagen zend ik je weer geld. Dat is my 'n waar genoegen. En 't komt je meer toe dan my. Want jy werkt, zorgt en verdraagt het heele jaar door, en ik maar by 'n bui. Wat jy doet, zou my te zwaar vallen. Dit zeg ik niet uit Hevigheid of zoo iets, maar uit stipt rechtsgevoel. Al was je m'n vyand en al was ik woedend op je dan zou ik erkennen dat jy minstens zooveel recht op ons inkomentje hebt als ik. Ja, minstens, al kostte myn taak me moeite. Maar dit is zoo niet. Alles gaat vanzelf, en zonder de minste agitatie. Tob niet over my. Gistr'avend heb ik hier zeer goed gesproken, en de menschen vonden dit ook. Als ik nu ga toegeven in geseur over de geringe opbrengst in vergelyking met andere landen, is er geen eind aan 't verdriet. Ik ben nu eens Hollander, en zou dwaas doen dáárover gedurig m'n stemming te bederven. 't Is in Holland al heel mooi dat ik zoo eenvoudig middel vind om in alles te voorzien. Toch beweer ik, en niemand zal 't tegenspreken dat geen mensch 't me nadoet. Dit is nu 'n andere zaak. Je opgaafje wat je met dat geld doet vind ik zoo aardig. Over een tydje (niet zeer lang, hoop ik) kryg je geld om (als je dat wilt) 'n 2o BayerGa naar eind1. te bestellen, ja ik hoop later 'n derden. - Over 'n paar dagen 100 gl aan Daantje. - Ja, ik denk wel aan de schuld by V.D.H. & Buys. Ik zal 't afdoen. 't Is nogal veel. Ik had de opgave reeds gevraagd. - Je kunt my 'n pleizier doen door te schryven aan ‘nicht Betje’. De | |
[pagina 308]
| |
brief is makkelyk daar je maar zoowat hoeft te schryven wat je nu my schreef. 't adres is Mevr E StoffelsGa naar eind2. Zeg er dan by dat ik zoodra ik in haar buurt kom, teeken van leven geven, en haar bezoeken zal, en introduceer me familiaar, en vriendelyk, dat ze niet tegen me opzien. Zeg dat ik eenvoudig ben. Ik vind het zoo vervelend als ze me hoofdzakelyk voorGa naar eind3. boekenmaker of publiekspreker aanzien. - Vandaag geen sprekery. Maar ik ga straks naar Rotterdam, waar ik van avend blyf. Morgen spreek ik te Velzen. Stoor je niet aan de geringheid van zoo'n plaats. Het spreken op 'n kleine plaats bezorgt me soms meer hoorders op 'n groote, daar er veel over my gekorrespondeerd wordt. Overal neemt het aantal dames toe, en die schryven aan vriendinnen. Ik heb daar veel blyken van ontmoet. Om de kranten geef ik niets. M'n voordracht te Amsterdam wordt in 't H.blad geprezen, o ja (ze durven niet anders) maar du bout des lèvresGa naar eind4.. 't Kan me niet schelen. - Help me toch onthouden dat ik 't volgend jaar niet zoo lamlendig mismoedig op reis ga. We weten nu eens dat het (wat de inspanning aangaat) zoo meevalt. - De heele week heb ik in den brand gezeten over de afspraak met Betsy. Ik heb nu inderdaad 'n reden (geen voorwendsel) om 't niet te doen. Ik moet morgen te Velzen spreken, en kan dus niet te Utrecht komen, zooals deGa naar eind5. afspraak was. - Ik weet al. Ik ga straks naar Utrecht (ook omdat ik 'n paar hemden nemen wil uit m'n koffer en zal 't Betsy uitleggen. Dan vervalt de zaak zonder ergernis. Ik had niet gerekend op Velzen, Saterdag. Eerst dacht ik Velzen vrydag d.i. Vandaag. - Zeker komt er zondag 'n brief van jou te Rotterdam. Goed. Ik schryf aan Weimer die te bewaren daar ik Zondag middag dáár kom (Maandag spreken te Rotterdam) - Dat uitrekenen van uren & dagen van aankomst, en de zorg voor adressen is 't zwaarst van m'n heele reis. Daar heb ik nu allerlei zitten bedenken en regelen. Kyk eens: | |
[pagina 309]
| |
Haspels wacht bericht op 'n vraag van PauwertGa naar eind6. over Goes, en van de HouwersGa naar eind7. (Zierikzee). Misschien kan ik niet te Zierikzee komen. Dus moet ik zorgen voor de brieven die daar geadresseerd worden. Met Betsy spreken over 't niet gaan naar de PolenGa naar eind8.. Te Amsterdam m'n tanden zien terug te krygen die daar gerepareerd worden (Ik had er opgezeten, moet je weten). Aan de Graaf telegrafeeren wanneer ik te Haarlem kom. Telegrafeeren aan dien tandmeester om zeker te zyn dat ik in 'n uur tusschen twee sporen by hem terecht kan? En nog meer van die dingen. Dàt is vermoeiend. Juist daarom verteer ik zoo veel. Om alles te laten marcheeren, moet ik vlug bediend worden, en ik moetGa naar eind9. dus de menschen omkoopen tot gewilligheid. - Gister aan den trein kocht ik 'n paar illustraties. Ik zend ze je in twee pakjes. Ik ken 't maximum van de post niet. - Staan er poppen op de glazen van de tooverlantaarn? Of wat! Hoe groot zyn de glazen? - Ben je tevreden over Kätchen? - Ik sluit dezen hier te Gouda en ga naar Utrecht & Amsterdam, morgen naar Haarlem (Velzen) Zondag avend naar Rotterdam. Ik schryf Weimer de brieven te bewaren tot ik kom. Dag Mies, dag Wou. |
|