als Hanna, voldoet redelyk en overschaduwt M. K! Schukenscheuer (Le Gras) is 'n beetje geposeerd, te deftig, niet kwikzilverachtig genoeg. Maar overigens speelt ook hy voldoende. Van Huisde speelt goed. Ik zeg niet dat deze beiden uitstekend spelen (wat ik zeg van Herman en George) maar: ze bederven niets. Dit doet Juffr Baart ook niet, en dit vind ik voor 'n beginstertje al veel, niet waar? Ik heb me verplicht gezien haar moed intespreken, ja verplicht. Want den eersten dag was ik bar geweest.
M.K. nu bederft haar rol wél. Ik sta verbaasd over zoo weinig begrip, zoo weinig hart! Ze zegt haar rol op, en... dit nog niet eens goed. Over haar spel is onder de heeren van 't gezelschap maar één stem. Ik ben er bedroefd om, en tegelyk woedend kwaad.
Ja. Want dat vreeselyke bluffen is toch 'n opzettelyke leugen. t Is onmogelyk dat zyzelf kan gemeend hebben iets als artiste te beteekenen! Ik heb me dan ook by veel gelegenheden niet kunnen weerhouden haar ruw aantespreken. Het is waarlyk ergerlyk, zóó'n... bedrog!-
Overigens is de toon en verhouding met al de leden van 't gezelschap zóó aangenaam, dat ik er van geroerd ben! Vanmiddag heb ik by den hr V.Z. gedineerd met Legras en den dokter van 't gezelschap, en... er is ook over U gesproken! En... zoo als 't behoort! Wat 'n pret voor me, te vertellen wat ge voor my zyt!-
O, o, ik word hier bedorven! De ‘Juffr’ van m'n kamer doet alles met hart. Dat is niet voor geld te koop.-
Wil je my asjeblieft zenden, en opschryven, 12 Bruid d. b? Ik heb ze noodig. Denk niet dat ik verkwistend ben. Dat ik ze wil weggeven is waar, maar dat brengt rente op, al is 't juist niet in geld. Ook wou ik 't Naschrift by de artisten popularizeeren: ‘werken!’ weetje? (M.K mag 't ook wel eens lezen!)-
Hm, briefkaart van Sterk! En goed! Och, ik had financieele beroerdhedens, en moest daarom lezingen houden. Ik moet me kunnen vertoonen in den Haag, waar ik 'n beer heb. Dat's één. Dan kreeg ik allerverdrietigste brieven van Eduard (waarover ik nu lange verhandelingen houden kon, maar... basta!) ook om geld! En dat alles temidden van m'n preoccupatie over Vorstenschool! Nu, Sterk schryft dat-i Donderdag hier komt en me ‘goed’ antwoord brengen zal. Want ik vroeg hem voorschot. Nu zal ik morgen dan Eduard telegrafeeren. Daar-i zeer in den brand