[februari 1875
Brief van Multatuli aan J. Haspels]
*Omstreeks 20 februari 1875
Brief van Multatuli aan J. Haspels. (Facsimile in Tijdschrift voor Tooneel, jrg. 1903-1904, blz. 15-18.)
De woorden geste enz. zijn een door verwijzingstekens aangegeven tussenvoeging.
Waarde heer Haspels!
Ik zit erg in den brand met de zittery. Ja, zóó is 't, ikzelf zit er mee! Zoudt ge wel gelooven dat ik nu al 'n paar uur tob over de mogelykheid om er 'n halfdozyn uittehalen, en er geen kans toe zie? Als ik de rol van Louise lees - en ik heb dit 'n paar malen gedaan - heeft elk: ‘ga zitten’ z'n reden van bestaan. Maar... 't hangt van de zeggingsmanier af.
Toch erken ik, indien nu een maal die manier niet goed is (waarin we wel moeten berusten, car à l'impossible nul n'est tenu!) dat het wenschelyk ware, die scie van Louise wat aftestompen. Myzelf hinderde het, by de laatste repetitie, o, zeker! Maar... ik blyf beweren dat het aan de voordracht lag.-
Myn voorstel is nu, nog eens, door Juffr. Kruseman opmerkzaam te maken op kleine (en groote!) variatie van stembuiging, geste, houding, mimiek en overgangen, te beproeven of we den tekst behouden kunnen. Zoo neen, dan zal ik 'n stuk of 6, 8 ‘ga zitten's’ schrappen. Maar, nog-eens, ze hebben allen hun raison d'être! Waarlyk!-
Dit was byv. het geval niet met de te dikwyls herhaalde ‘met verlofs’ van Puf. Dat waren stoplappen. Dit zyn Louise's scherpe sarrende, straffende beteekenisvolle speldeprikken en... dolkstoten niet!-
Na vriendelyke groete, ook aan de andere heeren, met de meeste hoogachting,
UWEDDWDienaar
Douwes Dekker.