[26 januari 1872
Brief van Roorda van Eysinga aan Multatuli]
26 januari 1872
Brief van S.E.W. Roorda van Eysinga aan Multatuli. Dubbel velletje postpapier, tot bovenaan blz. 4 beschreven. (M.M.)
Bertillon: Adolphe Bertillon (1821-1883), frans arts en statisticus.
die Elmineezen: de nederlandse kolonie Elmina aan de Goudkust, in 1594 en 1637 veroverd, werd 1872 aan Engeland overgedragen, waarna Nederland de vrije hand kreeg op Sumatra benoorden de evenaar.
Lord Clive: de engelse generaal en staatsman Robert Clive (1725-1774), grondlegger van de britse macht in India.
Herschel II: Sir John Frederick William Herschel (1792-1871), engels astronoom.
torpor: verlamming, verslapping (lat.)
Br., 26/1 72
Waarde Dekker! Een paar dagen na de verzending van mijn' vorigen brief ontving ik de Grundzüge enz. Vriendelijk dank! Zeg maar, wanneer Gij het boek terug wilt hebben. Ik heb er nog niet genoeg van gelezen om U te mogen tegenspreken, maar wat ik er van las doet mij verwonderd zijn, dat gij den schrijver uwe hand zoudt weigeren. Gij zijt toch de laatste om u tegen iemand te doen innemen door het ongewone van zijne beweringen. De man schijnt overtuigd en welmeenend. En ‘pudeur’ verlang ik in zulk een boek evenmin als in een tijdschrift over verloskunde. Nu ik ben zeer verlangend naar 't geen gij er in 't openbaar van zeggen zult. In 't Fransch is 't werk ook reeds vertaald. Onze preutschheid zal het wel den toegang tot ons land afsluiten.
Dewijl ik in een' vorigen brief aan De Locomotief omtrent uw oordeel over Lion (Mill. Stud.) gezegd had, dat al zeer weinigen dit beamen zouden, heb ik gemeend in een volgenden de bepleiting van uwe meening te moeten reproduceeren, zonder echter U te noemen. Ik heb een' vriend sprekende ingevoerd, die aldus begint: ‘Gelijk Multatuli veracht ik L. geen grein meer dan’ enz. Het zal mij wel niet mooglijk geweest zijn u voor oplettende lezers te verbergen, maar Gij stopt toch ook uwe meening niet onder stoelen en banken.
Wat ge van Pahud zegt, is zeer waar, maar hij had ééne zeldzame eigenschap: hij was niet partijziek. Hij benoemde mij tot spoorwegingenr, ‘in 't belang der zaak’ (op voordracht van Stieltjes), ofschoon ik heftig tegen hem geschreven had. Thorbecke daarentegen noem-