Volledige werken. Deel 13. Brieven en dokumenten uit de jaren 1868-1869
(1980)– Multatuli– Auteursrechtelijk beschermdVan den Rijn, 22 Junij.Men leest in de Frankfurter-Zeitung: ‘Tot in het jaar 1848 mogt geen dagblad ter perse gelegd worden, voordat de handschriften der artikelen van regeringswege gelezen en goedgekeurd waren. Dezen preventiven maatregel noemde men censuur. Tegenwoordig echter mag geene courant worden uitgegeven, voordat zij door een beambte, die den titel van lector draagt, beoordeeld is geworden, en dat noemt men: vrijheid van drukpers. De voormalige censuur en de tegenwoordige drukpersvrijheid komen hierin overeen, dat zij eene vrije uiting der gedachte door middel van de pers belemmeren. Het onderscheid tusschen deze twee regimen is, dat vroeger, ingeval de censuur wat ver ging en, met het afkeurenswaardig misbruik van persvrijheid, tevens het behoorlijk uiten van meeningen onder- | |
[pagina 65]
| |
drukte, de weg van onderhandeling, ja zelfs van klagen openstond. Thans evenwel, nu de censor den naam van lector draagt, wordt niet alleen het veroordeeld handschrift, maar ook het geheele gedrukte blad, ja zelfs de letterbak verbeurdverklaard, en daardoor heeft een vergrijp tegen den eigendom plaats, hetwelk dan toch in den regel door de regterlijke magt zelve als misdadig wordt aangemerkt; de lector oefent een gezag uit, 't welk tegen alle bekende algemeene regtsbegrippen aandruischt. Hij oordeelt, veroordeelt en straft zonder vonnis; tegen zijne uitspraken bestaat geen hooger beroep. De uitgever van een dagblad moet zich zijne uitspraken laten welgevallen, zoo als de landman eene hagelbui, die zijnen oogst vernielt. De zaken zijn thans zoo ver gekomen, dat wij onder het stelsel van de tegenwoordige persvrijheid met smart terugzien naar het regime van vóór 1848, dat toen echter als in strijd met de zedelijke regten van den staatsburger beschouwd en daarom afgeschaft werd.’ |
|