temaat zal de vierkante meter (Kwadratstab) als eenheid gelden; honderd kwadraatmeters dragen den naam Ar, en tienduizend kwadraatmeters zullen Hektar genoemd worden. Voor inhoudsmaat geldt de kubiekmeter als grondslag; het duizendste deel daarvan de liter of Kanne; de halve kan heet Schoppen; honderd kannen maken een hectoliter of Vat, en vijftig kannen een Schepel uit. Voorts zal de mijl eene lengte hebben van 7500 meters. De gewigtseenheid is de kilogram, gelijkstaande met het gewigt van eene kan gezuiverd water, bij 4o warmte van den honderddeeligen thermometer. De kilogram verdeelt men in 1000 grammen, met decimale onderverdeeling. Tien grammen maken een Neu-Loth; het tiende deel van een gram heet decigram; het honderdste, centigram, enz. Een half kilogram heet een pond; 100 ponden maken een centenaar,
en 1000 ponden eene Tonne uit.’ - De Mainzer-Beobachter zegt, het zeer te betreuren, dat bij dezen prijzenswaardigen vooruitgang niet meer eenvoudigheid in de terminologie in acht genomen is. ‘Wij, voor ons (zegt het blad), nemen de vrijheid, van den heer Twesten en de Kölnische-Zeitung van gevoelen te verschillen omtrent de wenschelijkheid om sommige oude benamingen aantehouden, en gelooven geenszins, dat dit de invoering gemakkelijker maken zal; integendeel, wij verwachten daarvan verwarring, vooral daar men zich er op schijnt toegelegd te hebben om het nieuwe stelsel zoo onsmakelijk mogelijk te doen zijn. Wat hebben wij met milligram, dekagram en hektar te maken? Het aannemen van meter, liter en kilo zou voldoende en eenvoudiger, en dus, naar ons inzien, praktischer geweest zijn. Eenmaal met den meter kennis gemaakt hebbende, is het begrip van tiendeelige onderdeelen en veelvouden voor ieder gemakkelijk te vatten, zonder het lastige geheugenwerk, 't welk nu die bastaardnamen vorderen. Om de beteekenis van het woord Ar te vatten, moet men den landman die uitdrukking doen herleiden in 100 kwadraatmeters, of het vierkant op de lijn van 10 meters. Indien men dus ter verduidelijking van die vreemde namen gedurig op het gronddenkbeeld des stelsels moet terugkomen, zou het, o.i., beter geweest zijn, dat gronddenkbeeld tevens in de uitdrukking te bewaren, en liever van 1/1000 meter dan van een millimeter, - liever van 10 meters dan van eene kette of dekameter te spreken. Tegen het behouden van de benaming mijl zouden wij minder bedenking hebben, ofschoon wij weder niet inzien, waarom aan deze latijnsche uitdrukking voor 1000 schreden de