ik ‘geloofsafval’ gepredikt had. Lieve god! - En zóó schryft men de Geschiedenis!
Zeer, zeer gaarne had ik U nader willen leeren kennen, zonder Congres, zonder toastery, zonder die drukte. Wat my betreft, ik deug niet voor zulke dingen. Myn smaak, en myn aanleg is voor stille overdenking. Met innige vreugd zie ik myn meetkundige - of onmeetkundige, als ge wilt - studien weer. Wat niet exact is, doet my pyn. Ik hoop, ik hoop, eene vereenvoudigde methode te vinden voor de driehoeksmeting. Alle scholieren zullen my dankbaar zyn. En ik heb nog veel andere dingen van dien aard te onderzoeken. t Is heerlyke poëzie, dat opligten van 't kuisch gewaad der natuur, dat zoeken van haar vormen, dat onderzoeken van haar verhoudingen, dat betasten van haar leest, dat indringen in den baarmoeder der waarheid. Zie, daar heb je de wellust der meetkunde.
En - fat! - Ik ben haar vrindje! Waarlyk, ze stoot me niet af, al geeft ze zich niet makkelyk over. Juist mysterie genoeg om gewenscht en begeerd en aangebeden te blyven. Niet genoeg, om den minnaar moedeloos te maken. Ik heb haar enkel, haar knie gezien, ja, de heup en de lende nu en dan - maar, maar, dan dartelt ze my weg, en vlugt weg, Daphne die ze is, sylf die ze is, dwaallicht, courtisane, maagd - en, by dit alles, de groote, magtige Isis, de vrouw Jehovah, die is, was en wezen zal, onveranderlyk, onaantastbaar: het zyn, de waarheid. - Zietge, ook daarom deug ik niet voor congressen & speeches. 't Is onmogelyk een kwartier te spreken zonder honderdmaal iets te zeggen, dat niet geheel juist, d.i., een leugen is. Dat duldt de natuur niet. Dat maakt haar boos, wreed, bloeddorstig. Zy straft den torenklimmer die 1/100000000 deel van een streep uit zyn zwaartepunt wankelt, met den dood. Wy menschen zouden zeggen: ‘och 't scheelde maar zoo'n beetje, laat den man maar boven. Bovendien, hy heeft vrouw en kinderen...’ Gekheid!
Ik heb veel te doen, ook buiten die driehoeksmeting. Als ik behoorlyk verlos van alles wat ik op 't hart heb - och, ik vrees zoo dat ik verlegen zal zitten om kraamkamers voor al die kinderen. En dan moet ik ze afdryven, wat jammer is.-
Adieu, beste Rooses. Gy zult wel vermoeid geweest zyn na al uw zorgen.
Ik groet u hartelyk
Zendt ge my eenige couranten?
Douwes Dekker