Aanvullingen op het jaar 1861
[22 februari 1861
Brief van Multatuli aan Jansen]
22 februari 1861
Brief van Multatuli aan de heer Jansen. Ongedateerd. Dubbel velletje postpapier, tot onderaan blz. 3 beschreven. (L.M. 's-Gravenhage; fotokopie M.M.)
De schuld betreft een vordering van de firma Hoboken inzake de overtocht van de familie Douwes Dekker naar Java, mei 1855.
Voor de datering van de onderstaande brief en de gang van zaken te Rotterdam zie VW X, blz. 396-399.
WelEdHeerJansen Rottm
Geachte Heer Jansen! Tot mijn grooten spijt ben ik onverwacht genoodzaakt schriftelijk afscheid van U te nemen. Mijn plan was geweest eenige weken in Rotterdam te blijven om een werk te schrijven en zie heden morgen werd ik alleronaangenaamst verrast door een envoyé van een groot handelshuis alhier aan 't welk ik geld schuldig ben, en dat naar aanleiding mijner annonce van gisteren zich haastte mij optezoeken om -
Inzage te nemen van de stukken die ik aanhaalde ten einde de zekerheid te erlangen dat ik wel wis en zeker in mijn regt ben? -
Volstrekt niet!
Men kwam mij manen om mijne schuld te betalen hetgeen ten klaarste bewijst dat Droogstoppel niet gestikt is maar integendeel bijzonder goed op de zaken past.
Hoe het zij. In mijne zeer gedrukte positie heb ik kalmte en loisir noodig, en dat is onmogelijk als men mij komt harceleren over zulke dingen.
Het is daarom dat ik Rottm verlaat. Ik weet niet waarheen ik gaan zal. Ik zoek een plekje waar ik eenigen tijd rust kan vinden om mijne zaak te bepleiten.
Ik bedank U zeer voor de mij bewezen beleefdheden en beveel mij zeer aan in Uwe vriendschappelijke herinnering.
Vrijdag middag
Douwes Dekker