[20 maart 1862
Brief van Multatuli aan d'Ablaing]
Omstreeks 20 maart 1862
Brief van Multatuli aan R.C. d'Ablaing van Giessenburg. Enkel velletje postpapier, tot het midden van de keerzijde beschreven. (M.M.)
Waarde d'Ablaing!
Dank voor uw bemoeiing met Rotterdam.
Ik zal daarheen gaan zoodra 't bepaald is. Taaks weet dat natuurlijk beter.
- Voor de Heeren te Leiden: plein pouvoir. Goed: begin aanst. maand. Ik zal daarvoor eene lezing àpart maken. Schrijf aan den Heer Knottebelt, dankende, dat ik ter zijner dispositie ben, ook wat de bepaling van den dag aangaat.
- 't Is een vervloekt werk dat ik weêr pijn in de keel heb, maar ik stel niet weêr uit. 't Schijnt helaas chronisch te wezen. Ik herinner me dat ik 't veel had, maar nu bij dat lezen let ik er meer op.
- Is de part: corr: op den omslag al gedrukt? Je vraagt mij gister daarom. Ik had U al een copijtje daarvoor gegeven, maar wijl 't nu zoo getraineerd heeft, meen je welligt dat het anders moet worden, en daarin kan je gelijk hebben. Heb je die kopij nog?
Vandaag krijgen ze vel 7 & 8 vol.