[11 maart 1862
Brief van d'Ablaing aan Multatuli]
11 maart 1862
Brief van R.C. d'Ablaing van Giessenburg aan Multatuli (Kopieboek I, blz. 593; M.M.)
Waarde Dekker
Hebt ge uw program voor de derde lezing reeds gearresteerd? - Is uw onderwerp geschikt voor uit in het Handelsblad geannonceerd te worden?
Hoe staat het met kopij voor de Ideen? - De drukkers staan stil, terwijl gij mij zelf verzekerd hebt weder Ideen in overvloed te hebben. -
Werkt ge aan uwe lezing, goed, schrijf voor mij dan slechts de Ideen op die in die lezing geene plaats kunnen vinden; - dan heb ik spoedig kopij genoeg om voorloopig ten minste weder een vel te doen in proef brengen. - Het wordt trouwens tijd dat de eerste zes vel in het licht komen.
Die gekke Siet. Jan Cornelisse schrijft mij dat hij te Rotterdam eene geschikte zaal voor u besproken heeft als ge slechts naar Rotterdam wilt overkomen. - Ik zal hem antwoorden, dat ge er over denkt, doch dat nog niets vastgesteld is. - Die man zou u on verdragelijk, en schurft, worden door zijne lastige vriend-schapsbewijzen, en zijne uitzinnige vrijzinnigheid. - Het is dus raadzaam u in het geheel niet met hem in te laten.
Geheel de uwe-