[30 december 1861
Brief van d'Ablaing aan Multatuli]
30 december 1861
Brief van R.C. d'Abiding van Giessenburg aan Multatuli. (Kopieboek I, blz. 586; M.M.)
Blijkbaar heeft Multatuli omstreeks deze tijd ook aan Broens geschreven. De dagorder van Gen. Van Swieten, 5 oktober 1860, komt voor in het Bataviaasch Handelsblad, editie voor Nederland, van 14 oktober 1861. Van zijn plan om deze dagorder onmiddellijk in zijn brochure te bespreken heeft Multatuli moeten afzien, daar hij de tekst eerst op 18 januaru 1862 tot zijn beschikking had.
Amice
Zaturdag namiddag ontving ik het eerste pakje kopij van U, en terstond na ontvangst heb ik u geantwoord. Dien brief zult ge dus gisteren hebben ontvangen.
Ik vind het beter 1, 2 en 3. gezamenlijk uittegeven. 1. ter bezuiniging van advertenties en andere kosten, en ten 2. om de lezers te meer begeerig te maken naar volgende stukken.
Wat dunkt U als ik op den omslag aankondigde, dat meerdere No's zullen volgen alle in hetzelfe formaat, op gelijk soortig papier, met dezelfde letter gedrukt, à 15 Cts per vel, bij vooruitbestellig met 10% rabat?
Broens heeft U nog niet geschreven omdat hij het stuk, het raport van Van Swieten nog niet ontvangen heeft, hij wacht het ieder oogenblik. Hij verzoekt mij u hartelijk te groeten.
Ge kunt uiterlijk tot zeven vel schrijven, ik ontvang zoo even berigt dat er van het papier, dat ik voor den Curé Meslier gebruik slechts 18 Riem over is.
Een riem heb ik noodig voor: Les petits Livres de la Rue de Fleurus, rest dus 16 Riem - 7 × 1100 = 15½ riem.
Ge ontvangt zoo spoedig mogelijk proefdruk, werk slechts geregeld voort; - ik zal geene vertraging veroorzaken.
Weest van ons beiden hartelijk gegroet
T.T.