Ik dank je wel voor je laatsten brief. Ja, ik weet wel dat je hartelijk voor Siet zult wezen, vooral als je hoort wat ze om mij heeft moeten uitstaan.
Toen ik verleden een vrij brutale brief van Fuhri kreeg heb ik geantwoord: Ik begrijp best dat je graag je geld hadt. Ik wou ook graag dat de natie en zekere personen die mij oneindig meer schuldig zijn mij betaalden. Maar 't is onbillijk dat ik nu zulke brieven moet ontvangen, en al die anderen doen maar net of 't hun niet aangaat. Ik verwijs u bij dezen tot den heer Van Twist. Zeg hem dat 't zijn schuld is dat ik word beschouwd als kwade betaler en dat hij doorgaat voor een fatsoenlijk man enz. enz. Ik hoor van terzijde dat Fuhri mijn brief aan D.v.T. getoond heeft, waartoe ik hem ook uitnoodigde. Ik heb geen antwoord gekregen, en als men weer maant doe ik 't weer.
't Is inderdaad onbillijk dat al dat volk rustig leeft, en dat wij zoo te tobben hebben.
Ik ben niet bang ten slotte te zullen slagen. Gelukkig is er nu op 't oogenblik geen angst, en ik heb wat vrijheid van geest. Hoe onafhankelijker ik mij voel hoe beter.
Ja, als ik thuis kom zal ik met Non wandelen, dat beloof ik haar. Zeg haar dat, en zeg toch vooral aan de kinderen dat papa dat Dek graag komen wil, maar nog niet kan. Hoor eens, dat jij je hebt laten mamaiseren is jou zaak, maar ik ben er op gesteld dat ze mij Dek noemen. Ik vind dat veel hartelijker. Ik begrijp niet hoe je er tegen kunt wezen dat de kinderen je Tine noemen. Ik vind het lief, zacht en zoo vertrouwelijk.
Siet schrijft mij dat zij morgen middag met mij zal wandelen en Cath. mee verzoeken! Juist omdat C. zoo vervelend lastig is. Ik heb C. nog niet gezien na hare terugkomst uit den Haag. Zij ontwijkt mij uit vrees dat ik haar de waarheid zal zeggen, en daar is veel kans op.
Dag lieve beste Tine. Ei, je klaagt over mijn brief, en wist je dan niet hoe slecht jij gedaan hebt met je klimop-historie! Dat is valsch.
Dag kinders. Dag beste Non en Edu.
Tine, wees opgeruimd en soigneer je goed, zal je? Dag beste kind, mijn Tine! Wees vrolijk!