[februari 1861
Conclusie van repliek]
Waarschijnlijk eind februari 1861
Conclusie van repliek in de zaak Mukatuli-Van Lennep. (U.B. Amsterdam )
Conclusie van Repliek inzake van den Heer Eduard Douwes Dekker, eervol ontslagen Adsistent Resident van Lebak, thans zijn woonplaats hebbende in het Hotel le Marechal de Turenne te 's Hage, ten deze domicilium gekozen hebbende ten kantore van den procureur F.E. Dammers op de kloveniersburgwal te Amsterdam.
Eischer bij geregistreerd exploit van Dagvaarding van den Deurwaarder J. du Pont Noordbeek d.d. Veertien December 1800 zestig, compareerende bij den procureur F.E. Dammers.
CA.
Den WelEdelGestrengen Heer Mr. J. van Lennep Advocaat te Amsterdam wonende op de Keizersgracht bij de Spiegelstraat CC 712.
Gedaagde bij bovengemeld Exploit; compareerende bij den procureur M.W. Luber Jr.
Frederik Ernst Dammers als procureur van den Eischer zegt. Aangezien eigendomsoverdragt niet is een overeenkomst, maar een handeling.
Aangezien niet alleen koop en verkoop maar ook andere overeenkomsten de oorzaak dier handeling kan zijn.
Aangezien de gedaagde thans beweert, dat hij van den Eischer tegen een uitkering van twaalf honderd gulden in zes maandelijksche termijnen het kopijregt van het meergenoemd werk Max Havelaar zou hebben overgenomen, en dit kopij regt alzoo zou hebben gekocht.
Aangezien de gedaagde zich op koop en verkoop beroepende dien zou behooren te bewijzen.
Aangezien dat bewijs noch door de Verklaring van vijf en twintig Januarij 1800 zestig, noch door de missieve van Zeven April 1800 zestig door den gedaagde in het proces gebragt, wordt geleverd.
Aangezien dit bewezen integendeel door de productie des gedaagden wordt weersproken, daar, indien dit beweren juist was de uitkeering van Twaalf Honderd Gulden de koopprijs zoude