kreupel zyn, en dus niet dan zeer onbillykerwyze kunnen belast worden met het schragen van andere voorwerpen, waaraan de goede natuur door bemiddeling van den schrynwerker vier poten gegeven heeft. Ieder moet op z'n eigen benen staan, zoals betoogd werd in 573 en 795.
En ten tweede - de vergelyking met professors en leken is uit - al die luie viervoetige torens van Pisa leggen 'n ongunstig getuigenis af van 't karakter der laatste bezitters. Een goed verstaander heeft maar een halven stoel nodig om den tekst te begrypen: ‘al verkies ikzelf nu rond te lopen, toch wil ik eigenaar blyven van 't besef dat daarginds te mynen genoege iets onbruikbaar wordt gemaakt voor 'n ander.’ Ligt daarin niet al de onstaathuishoudkundige nydigheid van de dode hand?
Eilieve, als onze Ahasveros eens alle dorpels had omgekeerd, waarop hy niet rustte, wat zou er worden van de herberg Boshek? Waar zou ik zitten, indien al de Engelen die vroeger de aarde bezochten, hun zetels tot ‘besproken plaats’ hadden verklaard? Die uit Genesis xix schynen zo onheus geweest te zyn, en daarom zeker is 't nu in de streken waar Loth woonde, zo heel ongezellig. Ik voorspel geen betere toekomst aan 't Château des fleurs te Marseille.