Volledige werken. Deel 4. Een en ander over Pruisen en Nederland. Causerieën. De maatschappij tot nut van den Javaan. Ideeën, derde bundel
(1952)– Multatuli– Auteursrecht onbekend
[pagina 336]
| |
straffe van anathema! ‘Praat wat je wilt... dát, dát of dát is een paal boven water!’ 't Is my wel, en ik erken dat er iets palerigs ligt in zulke redeneringen. Jammer maar dat zo'n paal gewoonlyk reeds was ingeheid in de dagen van grootvader of... vroeger, en 't dus de moeite waard wezen zou eens na te zien of men dat ding nog altyd voor ducdalf gebruiken kan? Hoe komt het, byvoorbeeld - om nu eens over godsdienstige gezindten te spreken - dat byna alle kinderen, over erfzonde, transsubstantiatie, pauselyke macht of Mahomets verdienste, juist zo denken als de ouders? Is het niet zeer toevallig, dat in de meeste huisgezinnen de vrye studie van heden juist dezelfde resultaten geeft als de vrye studie van een vorig geslacht? ‘O, zegt men, dit is zeer natuurlyk! Zulke of zulke begrippen zyn den kinderen ingeprent.’ Geen vrye studie alzo! Juist wat ik bewyzen wilde. |
|