Brahman. Deel 1(1919)–J.A. Dèr Mouw– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 234] [p. 234] [Soms, plots'ling, door mijn Brahmanvrede heen] Soms, plots'ling, door mijn Brahmanvrede heen, Schreeuwt als een stervend beest mijn oud verdriet: Een reuk, een landschap, een herinnerd lied Roept op naar 't leven, wat gestorven scheen. Dan mis ik, die ik lief had meer dan een; Besef van eeuwige Eenheid gaat te niet: Mijn blik, door mensch'lijkheid verduisterd, ziet Smartelijke gescheidenheid alleen. En 'k lach om machtelooze droomerij Van Yâjnawalkya's Zelf-vergodlijking: 'T leed- en verand'ringlooze - baat het mij, Die lijd in wereld van verandering? Tot 'k op uw zee, bevrijd weer, ademhaal, Gangâ van Yâjnawalkya's stat'ge taal! Vorige Volgende